Het kan nodig zijn de dosering te verlagen, maar er kunnen geen precieze aanbevelingen worden gegeven wegens de grote variabiliteit in de blootstelling aan zidovudine bij patiënten met matige tot ernstige leverziekte. Indien controle van de plasmaspiegels van zidovudine niet mogelijk is, dient de arts te letten op tekenen van intolerantie zoals het optreden van hematologische bijwerkingen (anemie, leukopenie, neutropenie) en zo nodig de dosis verlagen en/of de tijd tussen de dosissen vergroten.
Si un contrôle des taux plasmatiques de zidovudine n'est pas réalisable, le médecin devra surveiller les signes d'intolérance tels que l’apparition d’effets indésirables hématologiques (anémie, leucopénie, neutropénie) et réduire la dose et/ou allonger l’intervalle entre les prises de façon appropriée.