Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "cardiovasculaire veranderingen zoals hypotensie " (Nederlands → Frans) :

Histamineafgifte en histaminoïde reacties Aangezien neuromusculaire blokkers een plaatselijke en systemische histamineafgifte kunnen teweegbrengen, moet steeds worden gedacht aan de mogelijkheid van jeuk en erythemateuze reactie op de plaats van injectie en/of veralgemeende histaminoïde (anafylactoïde) reacties zoals bronchospasme en cardiovasculaire veranderingen zoals hypotensie en tachycardie bij toediening van die geneesmiddelen.

Libération d’histamine et réactions histaminoïdes Puisqu’il est établi que les agents bloquants neuromusculaires peuvent provoquer une libération d’histamine, aussi bien au niveau local que systémique, il faut toujours tenir compte, lors de l’administration de ces médicaments, de l’apparition possible de prurit et d’érythème au site d’injection et/ou de réactions histaminoïdes (anaphylactoïdes) systémiques, telles que bronchospasmes et modifications cardiovasculaires, p.ex. hypotension et tachycardie.


Verhoogde histaminespiegel Aangezien bekend is dat neuromusculaire blokkerende stoffen het vrijkomen van histamine kunnen veroorzaken, zowel lokaal als systemisch, dient men steeds rekening te houden met het mogelijk optreden van jeuk en erytheem op de injectieplaats en/of systemische histaminoïde (anafylactoïde) reacties, zoals bronchospasmen en cardiovasculaire veranderingen, bv. hypotensie en tachycardie bij de toediening van deze geneesmiddelen.

Augmentation des taux d’histamine Vu qu’on sait que les agents bloquants neuromusculaires sont capables d’induire une libération d'histamine, tant locale que systémique, il faut toujours tenir compte de la survenue éventuelle d’un prurit et d’une réaction érythémateuse au site d'injection et/ou de réactions histaminoïdes (anaphylactoïdes) généralisées telles qu’un bronchospasme et des modifications cardiovasculaires (par ex. hypotension et tachycardie), lorsqu’on administre ces médicaments.


Verhoogde histaminespiegel Aangezien bekend is dat neuromusculair blokkerende stoffen het vrijkomen van histamine kunnen veroorzaken, zowel lokaal als systemisch, dient men bij de toediening van deze geneesmiddelen steeds bedacht te zijn op het optreden van jeuk en erytheem op de plaats van de injectie en/of van systemische histaminoïde (anafylactoïde) reacties, zoals bronchospasmen en cardiovasculaire veranderingen, bijv. hypotensie en tachycardie.

Augmentation du taux d’histamine Étant donné que les agents de blocage neuromusculaire sont connus pour être capables d’induire une libération d’histamine de manière locale ou systémique, la survenue possible de démangeaisons ou d’une réaction érythémateuse à l’endroit de l’injection et/ou des réactions histaminoïdes (anaphylactoïdes) généralisées telles qu’un bronchospasme et des modifications cardiovasculaires (tachycardie et hypotension, par exemple) doivent toujours être prises en considération lors de l’administration de ces médi ...[+++]


Cardiovasculaire effecten: Het risico van cardiovasculaire effecten, zoals hypotensie en bradycardie, die in zeldzame gevallen tot asystolie/hartstilstand kunnen leiden (zie rubrieken 4.5 en 4.8), kan beperkt worden door de infusiesnelheid van Remifentanil Mylan of de dosis van gelijktijdig toegediende anesthetica te verminderen, of door het gebruik van i.v. vloeistoffen, vasopressieve middelen of anticholinergica, naargelang de behoefte.

Effets cardiovasculaires Le risque d'effets cardiovasculaires tels que hypotension artérielle et bradycardie, qui peuvent rarement conduire à une asystolie ou un arrêt cardiaque (voir rubriques 4.5. et 4.8) peut être diminué en réduisant le débit de perfusion de Remifentanil Mylan ou la dose des anesthésiques administrés simultanément, ou en administrant des solutés de perfusion IV, des vasopresseurs ou des anticholinergiques si nécessaire.


Het risico van cardiovasculaire effecten, zoals hypotensie en bradycardie, die in zeldzame gevallen tot asystolie/hartstilstand kunnen leiden, (zie rubrieken 4.5 en 4.8) kan beperkt worden door de infusiesnelheid van Ultiva of de dosis van gelijktijdig toegediende anesthetica te verminderen, of door het gebruik van i.v. vloeistoffen, vasopressieve middelen of anticholinergica, naargelang aangewezen.

Le risque d’effets cardio-vasculaires tels que l’hypotension et la bradycardie entraînant dans de rares cas une asystolie / un arrêt cardiaque (voir la rubrique 4 Effets indésirables éventuels dans la notice pour le patient et Interactions avec d’autres médicaments et autres formes d’interactions) peut être diminué en réduisant le débit de la perfusion d’Ultiva ou les doses des autres anesthésiques, ou en administrant des solutés de perfusion IV, des vasopresseurs ou des anticholinergiques si nécessaire.


Er wordt verwacht dat gelijktijdige toediening van Telzir met een lage dosering ritonavir en PDE5-remmers de concentraties van deze laatste geneesmiddelen aanzienlijk verhoogt en kan resulteren in met PDE5-remmers geassocieerde bijwerkingen zoals hypotensie, veranderingen in het gezichtsvermogen en priapisme (zie rubriek 4.5). Hierbij moet opgemerkt worden dat gelijktijdige toediening van Telzir met een lage dosering ritonavir met sildenafil, gebruikt voor de behandeling van pulmonale arteriële hypertensie, gecontra-indiceerd is (zie rubriek 4.3).

L’administration concomitante de Telzir avec le ritonavir à faible dose et de sildénafil utilisé pour le traitement de l’hypertension artérielle pulmonaire est contre-indiquée (voir rubrique 4.3).


De behandeling van type 2-diabetes berust in de eerste plaats op veranderingen in de levensstijl (dieet, fysieke inspanning en gewichtsverlies), en op de aanpak van geassocieerde cardiovasculaire risicofactoren zoals hypertensie, obesitas, dyslipemie, hyperuricemie, tabagisme.

Le traitement du diabète de type 2 repose avant tout sur des modifications du style de vie (régime, exercice physique et perte de poids) et sur la prise en charge des facteurs de risque cardio-vasculaires associés, tels l’hypertension, l’obésité, les dyslipidémies, l’hyperuricémie, le tabagisme.


SINT-JANSKRUID (HYPERICUM PERFORATUM) Het gebruik van Sint-Janskruid voor een chirurgische ingreep die een anesthesie vergt, kan complicaties meebrengen zoals hypotensie (verhoogd risico van cardiovasculaire collaps) of een uitgesteld begin van de anesthesie.

MILLEPERTUIS ( HYPERICUM PERFORATUM) L’utilisation du millepertuis avant une opération chirurgicale nécessitant une anesthésie peut entraîner des complications telles que l'hypotension (augmentation du risque de défaillances cardiovasculaires) ou l'apparition retardée de l'anesthésie.


Hypertensieve patiënten met type 2 diabetes en nefropathie: uit een analyse van de studie bij patiënten met vergevorderde nefropathie bleek dat de effecten van irbesartan op zowel renale als cardiovasculaire voorvallen niet uniform over alle subgroepen waren verdeeld. Met name bleek dat deze minder positief waren bij vrouwen en niet-blanke patiënten (zie rubriek 5.1).Dubbele blokkade van het renine-angiotensinealdosteronsysteem (RAAS) Dubbele blokkade van het RAAS door combinatie van Aprovel en aliskiren is niet aanbevolen wegens het verhoogd risico van hypotensie, hyperkaliëmie en veranderingen ...[+++]

Double blocage du système rénine-angiotensine-aldostérone (SRAA) : Un double blocage du SRAA par l’association de Aprovel et d’aliskiren n’est pas recommandé en raison d’un risque accru d’hypotension, d’hyperkaliémie et de modifications de la fonction rénale.


Men dient voorzichtig te zijn bij patiënten voor wie een door canagliflozine geïnduceerde bloeddrukdaling een risico kan vormen, zoals patiënten met een bekende cardiovasculaire aandoening, patiënten met een eGFR van < 60 ml/min/1,73 m 2 , patiënten die antihypertensiva gebruiken met hypotensie in de medische voorgeschiedenis, patiënten op diuretica, of oudere patiënten (leeftijd ≥ 65 jaar) (zie de rubrieken 4.2 en 4.8).

Il faut être prudent chez les patients pour lesquels une baisse de la pression artérielle induite par la canagliflozine pourrait présenter un risque, tels que les patients atteints d’une maladie cardiovasculaire, les patients avec un DFGe < 60 mL/min/1,73m 2 , les patients sous traitement antihypertenseur avec antécédent d’hypotension, les patients sous diurétiques, ou les patients âgés (≥ 65 ans) (voir rubriques 4.2 et 4.8).


w