Vertaling van "biochemische merkers van botcollageenafbraak " (Nederlands → Frans) :

In diermodellen veroorzaakte ibandroninezuur biochemische veranderingen die wijzen op een dosisafhankelijke remming van de botresorptie, inclusief suppressie van biochemische merkers van botcollageenafbraak in de urine (zoals deoxypyridinoline en cross-linked N-telopeptiden van type I collageen (NTX)).
Dans des modèles animaux, l’acide ibandronique a induit des modifications biochimiques indiquant une inhibition dose-dépendante de la résorption osseuse, incluant une diminution des marqueurs biochimiques urinaires de la dégradation du collagène osseux (tels que la désoxypyridinoline et les N- télopeptides du collagène de type I (NTX)).

In diermodellen veroorzaakte ibandroninezuur biochemische veranderingen die wezen op een dosisafhankelijke remming van de botresorptie, waaronder onderdrukking van de urinaire biochemische merkers van botcollageenafbraak (zoals desoxipyridinoline en cross-linked N-telopeptiden van type I-collageen (NTX)).
Dans les modèles animaux, l'acide ibandronique provoquait des variations biochimiques indicatives d’une inhibition de la résorption osseuse dépendant de la dose, y compris une disparition des marqueurs biochimiques urinaires de la dégradation du collagène osseux (tels que la désoxypyridinoline et les N-télopeptides croisés du collagène de type I (NTX)).

In diermodellen geeft ibandroninezuur biochemische veranderingen die een aanwijzing zijn voor dosis-afhankelijke remming van botresorptie, inclusief suppressie van urine biochemische merkers van bot collageenafbraak (zoals deoxypyridinoline en cross-linked N-telopeptiden van type I collageen (NTX)).
Dans des modèles animaux, l’acide ibandronique a induit des modifications biochimiques indiquant une inhibition dose-dépendante de la résorption osseuse, incluant une diminution des marqueurs biochimiques urinaires de la dégradation du collagène osseux (tels que la désoxypyridinoline et les N- télopeptides du collagène de type I (NTX)).

In diermodellen veroorzaakte ibandroninezuur biochemische veranderingen die wezen op een dosisafhankelijke remming van de botresorptie, waaronder onderdrukking van de urinaire biochemische merkers van collageenafbraak (zoals desoxipyridinoline en cross-linked N-telopeptiden van type I-collageen (NTX)).
Dans les modèles animaux, l’acide ibandronique provoquait des variations biochimiques indicatives d’une inhibition de la résorption osseuse dépendant de la dose, y compris une disparition des marqueurs biochimiques urinaires de la dégradation du collagène osseux (tels que la désoxypyridinoline et les N-télopeptides croisés du collagène de type I (NTX)).

In studies gaande tot vijf jaar verlaagde alendronaat 10 mg/dag de biochemische merkers van botresorptie gedurende drie tot zes maanden met ongeveer 50-70% tot een niveau dat overeenstemt met dat bij gezonde premenopauzale vrouwen.
Dans des études durant jusqu’à 5 ans, un traitement par alendronate 10 mg/jour réduisait les marqueurs biochimiques de la résorption osseuse d’environ 50-70 % durant trois à six mois, parvenant ainsi à un niveau correspondant à celui d’une femme en préménopause et en bonne santé.

Biochemische merkers voor botremodellering (serum+urine) – botaanmaak – botresorptie
des marqueurs biochimiques du remodelage osseux (sérum+urine) – formation osseuse – résorption osseuse

Biochemische merkers van de botturnover (zoals urinair CTX en serumosteocalcine) vertoonden het verwachte patroon van suppressie tot premenopauzale spiegels en bereikten maximale suppressie binnen een periode van 3 tot 6 maanden.
Conformément aux attentes, il a été observé un retour aux valeurs pré-ménopausiques des marqueurs biochimiques du remodelage osseux (tels que CTX urinaire et ostéocalcine sérique), la réduction maximale étant atteinte en l’espace de 3 à 6 mois.

Biochemische merkers van botturnover Een klinisch significante reductie van de serum CTX-waarden werd gezien op alle meetmomenten, dat wil zeggen na 3, 6, 12 en 24 maanden.
Marqueurs biochimiques du remodelage osseux Une réduction cliniquement pertinente des taux sériques de CTX a été observée à tous les temps de mesure (3, 6, 12 et 24 mois).