Binnen elke gemeente werd een gestratificeerde toevalssteekproef van huishoudens geselecteerd, de Secundaire Staal Eenheden (SSE) genaamd, bestaande uit x aantal groepen van 50 personen die geïnterviewd en onderzocht konden worden.
Dans chaque commune, un échantillon de ménages (“Secondary Sample Units”) a été choisi afin d’obtenir 50 participants, la taille de la province déterminant le nombre de groupes (de 50 personnes) qui devaient être sélectionnées.