Bij beide behandelgroepen was vena-portatrombose de meest voorkomende TEE (optredend bij 2% van de met eltrombopag behandelde patiënten en bij < 1% van de met placebo behandelde patiënten) (zie rubriek 4.4).
La thrombose veineuse portale était l’ETE le plus fréquent dans les deux groupes de traitement (2 % chez les patients traités par eltrombopag versus < 1 % pour le placebo) (voir rubrique 4.4).