Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Body dysmorphic disorder
Dysmorfofobie
Hypochondrie
Hypochondrische neurose
Manisch-depressieve psychose
Manisch-depressieve reactie
Manisch-depressieve ziekte
Monosymptomatische hypochondrie
Neventerm
Nosofobie
Verstoorde lichaamsbeleving

Vertaling van "behandelde patiënten meer " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE
Omschrijving: Het essentiële kenmerk is een voortdurende preoccupatie met de mogelijkheid één of meer ernstige en progressieve lichamelijke ziekten te hebben. Patiënten geven blijk van aanhoudende somatische klachten of een voortdurende preoccupatie met hun uiterlijk. Normale of alledaagse gevoelens en verschijnselen worden door patiënten dikwijls uitgelegd als abnormaal en kwellend en de aandacht is doorgaans gericht op slechts één of twee organen of systemen van het lichaam. Duidelijke depressiviteit en angst zijn vaak aanwezig en k ...[+++]

Définition: La caractéristique essentielle de ce trouble est une préoccupation persistante concernant la présence éventuelle d'un ou de plusieurs troubles somatiques graves et évolutifs, se traduisant par des plaintes somatiques persistantes ou par une préoccupation durable concernant l'apparence physique. Des sensations et des signes physiques normaux ou anodins sont souvent interprétés par le sujet comme étant anormaux ou pénibles. L'attention du sujet se concentre habituellement sur un ou deux organes ou systèmes. Il existe souvent une dépression et une anxiété importantes, pouvant justifier un diagnostic supplémentaire. | Dysmorphophobie (non délirante) Hypocondrie Névrose hypocondriaque Nosophobie ...[+++]


Omschrijving: Een stoornis waarin het kind, na een aanvankelijk normale voortgang in taalontwikkeling, zowel receptieve als expressieve taalvaardigheden verliest bij gelijkblijvende intelligentie; het begin van de stoornis gaat samen met paroxismale afwijkingen van het EEG en in de meeste gevallen ook met epileptische insulten. Doorgaans ligt het begin bij een leeftijd tussen drie en zeven jaar, waarbij de vaardigheden verloren gaan in een tijdsbestek van dagen of weken. Het chronologisch verband van het optreden van insulten en het taalverlies is wisselend, waarbij het één enkele maanden tot twee jaar aan het ander voorafgaat (of ander ...[+++]

Définition: Trouble dans lequel l'enfant, dont le langage s'est auparavant développé normalement, perd ses acquisitions de langage, à la fois sur le versant expressif et réceptif, tout en gardant une intelligence normale. La survenue du trouble s'accompagne d'anomalies paroxystiques à l'EEG et, dans la plupart des cas, de crises d'épilepsie. Le trouble apparaît habituellement entre trois et sept ans, avec perte du langage en quelques jours ou quelques semaines. La succession dans le temps, entre le début des crises épileptiques et la perte du langage, est assez variable, l'une des deux manifestations précédant l'autre (ou inversement) de ...[+++]


Omschrijving: Een stoornis die wordt gekenmerkt door twee of meer episoden waarin het niveau van stemming en activiteit van de betrokkene belangrijk is verstoord, terwijl de ontregeling de ene keer kan bestaan uit een stemmingsverhoging en toegenomen energie en activiteit (hypomanie of manie) en de andere keer uit een stemmingsverlaging en afgenomen energie en activiteit (depressie). Ook patiënten die lijden aan herhaalde episoden ...[+++]

Définition: Trouble caractérisé par deux ou plusieurs épisodes au cours desquels l'humeur et le niveau d'activité du sujet sont profondément perturbés, tantôt dans le sens d'une élévation de l'humeur et d'une augmentation de l'énergie et de l'activité (hypomanie ou manie), tantôt dans le sens d'un abaissement de l'humeur et d'une réduction de l'énergie et de l'activité (dépression). Les épisodes récurrents d'hypomanie ou de manie sont classés comme bipolaires. | maladie | psychose | réaction | maniaco-dépressive
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Bijwerkingen tijdens klinische studies met kinderen Tijdens klinische studies op korte termijn (tot maximaal 10 à 12 weken) bij kinderen en adolescenten werden de volgende bijwerkingen waargenomen bij patiënten die met paroxetine behandeld werden: meer zelfmoordgerelateerd gedrag (waaronder zelfmoordpogingen en suïcidaal denken), zelfverwondend gedrag en toegenomen vijandigheid. Die bijwerkingen kwamen voor bij ten minste 2% van de patiënten en ten minste twee keer meer dan bij de placebog ...[+++]

Effets indésirables observés lors des essais cliniques pédiatriques Au cours d'essais cliniques à court terme (jusqu'à 10-12 semaines) chez les enfants et les adolescents, les effets indésirables suivants ont été observés chez les patients traités par la paroxétine, avec une fréquence de minimum 2% des patients et au moins deux fois supérieure à celle observée dans le groupe placebo : augmentation des comportements suicidaires (incluant tentatives de suicide et pensées suicidaires), comportements d'auto-agression et augmentation de l'hostilité.


Samenvatting van het veiligheidsprofiel De veiligheid van Rasilez is beoordeeld bij meer dan 7.800 patiënten, waarvan er meer dan 2.300 langer dan 6 maanden werden behandeld en meer dan 1.200 langer dan 1 jaar.

Résumé du profil de tolérance La sécurité d’emploi de Rasilez a été évaluée chez plus de 7 800 patients, dont plus de 2 300 patients traités pendant plus de 6 mois, et plus de 1 200 patients traités pendant plus d’un an.


Bij een verkennend klinisch onderzoek ter beoordeling van het gebruik van een ander anti-TNFmiddel, infliximab, bij patiënten met matige tot ernstige chronische obstructieve longziekte (COPD), werden bij patiënten die met infliximab behandeld werden meer maligniteiten, overwegend in de longen en het hoofd-halsgebied, gemeld dan bij de patiënten uit de controlegroep.

Lors d’une étude clinique exploratoire évaluant l’utilisation d’un autre agent anti-TNF, l’infliximab, chez des patients atteints de broncho-pneumopathie chronique obstructive (BPCO) modérée à sévère, plus de tumeurs malignes ont été observées, principalement dans les poumons ou la tête et le cou, chez les patients traités par infliximab que chez les patients du groupe contrôle.


Chronische obstructieve longziekte COPD In een klinisch exploratief onderzoek waarin het gebruik van een andere TNF-antagonist, infliximab, werd geëvalueerd bij patiënten met matige tot ernstige chronische obstructieve longziekte (COPD), zijn bij de met infliximab behandelde patiënten meer maligniteiten (veelal in de longen, het hoofd of de hals/nek) gerapporteerd dan bij de controlepatiënten.

Bronchopneumopathie chronique obstructive (BPCO) Lors d'une étude clinique exploratoire évaluant l'utilisation d'un autre anti-TNF, l'infliximab, chez des patients ayant une bronchopneumopathie chronique obstructive (BPCO), modérée à sévère, plus de cancers, majoritairement du poumon et de la tête et du cou, ont été rapportés chez les patients traités par infliximab que chez ceux du groupe contrôle.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Epidemiologische studies hebben aangetoond dat met venlafaxine behandelde patiënten meer belast zijn met risicofactoren voor zelfmoord dan SSRI-patiënten.

Des études épidémiologiques ont montré que chez les patients traités par venlafaxine, le poids des facteurs de risque de suicide est supérieur à celui des patients traités par ISRS.


In één studie had na 2 jaar behandeling ongeveer 40 % van de met stavudine-behandelde patiënten meer dan 20% van het perifeer vet verloren en na 3 jaar bedroeg de hoeveelheid perifeer vet slechts de helft van de normale hoeveelheid (4,5 kg tegenover ongeveer 8 kg).

Dans une étude, après 2 années de traitement, environ 40% des patients traités par la stavudine ont perdu plus de 20% de la masse grasse au niveau des membres et après 3 années, le volume de la masse grasse des membres ne représentait plus que la moitié de la valeur normale (4,5 kg contre environ 8 kg).


bij meer dan 1 op 10 behandelde patiënten Bij minder dan 1 op 10 behandelde patiënten maar bij meer dan 1 op 100 behandelde patiënten Bij minder dan 1 op 100 behandelde patiënten maar bij meer dan 1 op 1.000 behandelde patiënten Bij minder dan 1 op 1.000 behandelde patiënten maar bij meer dan 1 op 10.000 behandelde patiënten Bij ...[+++]

Très fréquent : Survenant chez plus de 1 patient traité sur 10 Fréquent : Survenant chez moins de 1 patient traité sur 10, mais chez plus de 1 sur 100 Peu fréquent : Survenant chez moins de 1 patient traité sur 100, mais chez plus de 1 sur 1.000 Rare : Survenant chez moins de 1 patient traité sur 1.000, mais chez plus de 1 sur 10.000 Très rare : Survenant chez moins de 1 patient traité sur 10.000, fréquence indéterminée


Er waren statistisch gezien significant meer patiënten bij wie het aantal CD34+-cellen ≥ 6 x 10 6 cellen/kg bedroeg in ≤ 2 aferesedagen in de groep die met Mozobil en G-CSF was behandeld (n=106; 71,6%), dan in de groep die met een placebo en G-CSF was behandeld (n=53; 34,4%), p < 0,001. Er waren statistisch significant meer patiënten bij wie het aantal CD34+-cellen ≥ 6 x 10 6 cellen/kg bedroeg in ≤ 4 aferesedagen in de groep die met Mozobil en G-CSF ...[+++]

D’un point de vue statistique, un nombre significativement plus élevé de patients a obtenu ≥ 6 x 10 6 cellules/kg en ≤ 2 jours de cytaphérèse dans le groupe Mozobil et G-CSF (n = 106 ; 71,6 %) que dans le groupe placebo et G-CSF (n = 53 ; 34,4 %), p < 0,001 ; d’un point de vue statistique, un nombre significativement plus élevé de patients a obtenu ≥ 6 x 10 6 cellules/kg en ≤ 4 jours de cytaphérèse dans le groupe Mozobil et G-CSF (n = 112 ; 75,7 %) que dans le groupe placebo et G-CSF (n = 79 ; 51,3 %), p < 0,001 ; d’un point d ...[+++]


In een verkennende analyse bereikten meer met dasatinib behandelde patiënten (84%) vroeg moleculaire respons (gedefinieerd als BCR-ABL spiegels ≤ 10% na 3 maanden) dan met imatinib behandelde patiënten (64%).

Dans une analyse exploratoire, plus de sujets traités par dasatinib (84%) ont obtenu une réponse moléculaire précoce (définie par des niveaux BCR-ABL ≤ 10% à 3 mois) comparativement aux sujets traités par imatinib (64%).


Aanhoudend isoleren van MSSA tijdens de behandeling (gedefinieerd als afwezigheid bij de screening/aanvang en daarna aanwezig tijdens 3 of meer daaropvolgende en achtereenvolgende bezoeken) kwam voor bij 6% van de met Cayston behandelde patiënten ten opzichte van 3% van de patiënten behandeld met verneveloplossing met tobramycine.

L’isolement persistant de SASM apparu sous traitement (défini comme une absence à l’inclusion/au début de l’étude puis une présence au moins lors de 3 visites consécutives ultérieures) est survenu chez 6 % des patients traités par Cayston comparé à 3 % des patients traités par une solution de tobramycine pour nébulisation.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'behandelde patiënten meer' ->

Date index: 2023-10-13
w