Traduction de «atriale en ventriculaire » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE

ventriculair | met betrekking tot een orgaanholte
ventriculaire | qui se rapporte à un ventricule

atrio-ventriculaire knoop
nœud atrioventriculaire

ventriculaire extrasystolen met syncopale episoden, perodactylie, Robin-sequentiesyndroom
syndrome de Stoll-Kieny-Dott

linker ventriculaire cardiale disfunctie
dysfonction ventriculaire gauche

ventriculair aneurysma
anévrisme ventriculaire

ventriculaire tachyaritmie
tachycardie ventriculaire

idiopathische ventriculaire fibrillatie, niet-Brugada-type
fibrillation ventriculaire idiopathique type non Brugada

ventriculaire ritmestoornis
arythmie ventriculaire

ventriculair septum
septum interventriculaire

linker ventriculaire diastolische disfunctie
dysfonction ventriculaire gauche diastolique

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Symptomen Slaperigheid, coma, stupor, toevallen, veranderingen in het ECG (bv. verlengd QT-interval), atriale en ventriculaire aritmie, misselijkheid, braken, transpiratie, cyanose, hyperventilatie.
Symptômes Somnolence, stupeur comateuse, convulsions, modifications de l’ECG (p. ex. allongement de l’espace QT), arythmies auriculaires et ventriculaires, nausées, vomissements, transpiration, cyanose, hyperventilation.

Symptomen De volgende symptomen van gerapporteerde overdosering met citalopram werden gemeld: convulsie, tachycardie, slaperigheid, verlenging van het QT-interval, coma, braken, tremor, hypotensie, hartstilstand, nausea, serotoninesyndroom, agitatie, bradycardie, duizeligheid, bundeltakblok, QRS verlenging, hypertensie, mydriase, torsade de pointes, stupor, zweten, cyanosis, hyperventilatie , atriale en ventriculaire aritmieën.
Symptômes Les symptômes suivants ont été signalés en cas de surdosage avec le citalopram: convulsions, tachycardie, somnolence, allongement de l’intervalle QT, coma, vomissements, tremblements, hypotension, arrêt cardiaque, nausées, syndrome sérotoninergique, agitation, bradycardie, étourdissements, bloc de branche, allongement de l’intervalle QRS, hypertension, mydriase, torsade de pointes, stupeur, sueurs, cyanose, hyperventilation, et arythmies auriculaire et ventriculaire.

De bijzondere anti-aritmische activiteit kan worden verklaard door een elektrofysiologisch profiel dat een combinatie is van eigenschappen van klasse II-antiaritmica, met name de sympathicolytische activiteit van bètablokkers, en eigenschappen van klasse III-antiaritmica, met name een verlenging van de actiepotentiaal en van de effectieve atriale en ventriculaire refractaire periode.
Son activité antiarythmique particulière s'explique par un profil électrophysiologique additionnant les propriétés classe II, liée à l'activité sympatholytique propre à tous les bêta-bloquants à celles de la classe III, liée à la prolongation du potentiel d'action et de la période réfractaire effective auriculaire et ventriculaire.

Symptomen De volgende symptomen werden waargenomen bij de gerapporteerde overdosering van citalopram: convulsies, tachycardie, slaperigheid, QT verlenging, coma, braken, tremor, hypotensie, hartstilstand, misselijkheid, serotonine syndroom, agitatie, bradycardie, duizeligheid, bundeltakblok, QRS verlenging, hypertensie, mydriasis, torsade de pointes, stupor, zweten, cyanose, hyperventilatie, en atriale en ventriculaire aritmie.
Symptômes Les symptômes suivants ont été observés en cas de surdosage en citalopram: convulsions, tachycardie, somnolence, allongement de l'intervalle QT, coma, vomissements, tremblements, hypotension, arrêt cardiaque, nausées, syndrome sérotoninergique, agitation, bradycardie, étourdissements, bloc de branche, allongement du complexe QRS, hypertension , mydriase, torsades de pointes, stupeur, sueurs, cyanose, hyperventilation et arythmies auriculaires et ventriculaires.

Symptomen: De volgende symptomen werden waargenomen in de gemelde overdoseringen met citalopram: convulsies, tachycardie, slaperigheid, coma, stupor, toevallen, QT-verlenging, atriale en ventriculaire aritmie, misselijkheid, braken, tremor, hypotensie, hartstilstand, transpiratie, cyanose, hyperventilatie, rusteloosheid, bradycardie, duizeligheid, bundeltakblok, verlenging van het QRS-interval, hypertensie, mydriasis, torsade de pointes en transpireren.
Symptômes : Les symptômes suivants ont été signalés dans les rapports de surdosages de citalopram : convulsion, tachycardie, somnolence, coma, stupeur, convulsions, allongement de l’intervalle QT, arythmies auriculaires et ventriculaires, nausées, vomissements, tremblements, hypotension, arrêt cardiaque, transpiration, cyanose, hyperventilation, agitation, bradycardie, étourdissement, bloc de branche, allongement de l’intervalle QRS, hypertension, mydriase, torsade de pointes et transpiration.

De belangrijkste effecten zijn een verlenging van de effectieve refractaire periodes van de atriale, de ventriculaire en de accessoire pathway.
Ses principaux effets sont l’allongement des périodes réfractaires efficaces auriculaire, ventriculaire et de la voie accessoire.

Symptomen De volgende symptomen werden vastgesteld bij een overdosering van citalopram: convulsie, tachycardie, somnolentie, QT-verlenging, coma, braken, tremor, hypotensie, hartstilstand, misselijkheid, serotoninesyndroom, agitatie, bradycardie, duizeligheid, bundle branch block, QRSverlenging, hypertensie, mydriase, torsade de pointes, stupor, transpiratie, cyanosis, hyperventilatie, en atriale en ventriculaire aritmie.
Symptômes Les symptômes suivants ont été observés dans les surdosages rapportés pour le citalopram: convulsions, tachycardie, somnolence, allongement de l'intervalle QT, coma, vomissements, tremblements, hypotension, arrêt cardiaque, nausées, syndrome sérotoninergique, agitation, bradycardie, vertiges, bloc de branche, allongement du QRS, hypertension, mydriase, torsade de pointes, stupeur, sudation, cyanose, hyperventilation, et arythmies auriculaires et ventriculaires.

E Sinoatriale ziekte E6 Voorkamerflutter/VKF met bradycardie E Sinoatriale ziekte E7 Interatriaal blok E Sinoatriale ziekte E8 Chronotrope insufficiëntie F Atriale tachycardie F1 Atriale tachycardie F Atriale tachycardie F2 Pre-excitatie F Atriale tachycardie F3 Nodale AV tachycardie G Ventriculaire tachycardie G1 Ventriculaire extrasystolen G Ventriculaire tachycardie G2 Nonsustained Ventrikeltachycardie G Ventriculaire tachycardie G3 Sustained VT of VT G Ventriculaire tachycardie G4 Torsade de pointe
Maladie du sinus et de E4 Maladie du sinus - bradycardie E l'oreillette Maladie du sinus et de E5 Maladie du sinus - brady/tachy E l'oreillette Maladie du sinus et de E6 FA/flutter chronique + bradycardie E l'oreillette Maladie du sinus et de E7 Bloc interauriculaire E l'oreillette Maladie du sinus et de E8 Insuffisance chronotrope E l'oreillette F Tachycardie auriculaire F1 Tachycardie atriale F Tachycardie auriculaire F2 Tachycardie réciproque F Tachycardie auriculaire F3 Tachycardie AV nodale G Tachycardie ventriculaire G1 Extrasystoles ventriculaire G Tachycardie ventriculaire G2 TV/FV non soutenue G Tachycardie ventriculaire G3 TV/FV soutenue G Tachycardie ventriculaire G4 Torsade de pointe

1 A1 Geen 2 B1 Pneumothorax 3 B2 Hemothorax 4 B3 Thoracaal kanaal letsel 5 B4 Zenuw plexus letsel 6 B5 Luchtembolie 7 B6 Veineuse perforatie 8 B7 Veineuse Thrombose 9 B8 Arteriële punctie 10 B9 Hevige bloeding (+ Transfusie) 11 C1 Compleet onverwacht en sustained Atrioventriculair blok 12 C2 Sustained supraventriculaire Tachycardie 13 C3 Sustained atriale fibrillatie 14 C4 Sustained atriale flutter 15 C5 Sustained ventriculaire tachycardie 16 C6 Ventriculaire fibrillatie 17 D1 Atriale perforatie 18 D2 Ventriculaire perforatie 19 D3 Pericardiale uitstorting 20 D4 Tamponade 21 D5 Valvulair letsel 22 D6 Sinus coronarius dissectie 23 E1 Fout connectie apparaat 24 E2 Verplaatsing ventriculaire elektrode 25 E3 Verplaatsing atriale elektrode 26 F1 Groot hematoma 27 F2 Loslaten wondhechting 28 G1 Stimulatie diafragma 29 G2 Stimulatie phrenicus
8 B7 Thrombose veineuse 9 B8 Ponction artérielle 10 B9 Saignement important (+ transfusion) 11 C1 BAV complet soutenu innatendu 12 C2 Tachycardie supraventriculaire soutenue 13 C3 Fibrillation auriculaire soutenue 14 C4 Flutter auriculaire soutenu 15 C5 Tachycardie ventriculaire soutenue 16 C6 Fibrillation ventriculaire 17 D1 Perforation auriculaire 18 D2 Perforation ventriculaire 19 D3 Epanchement péricardique 20 D4 Tamponade 21 D5 Lésion valvulaire cardiaque 22 D6 Dissection sinus coronaire 23 E1 Erreur connection boîtier 24 E2 Déplacement sonde ventriculaire 25 E3 Déplacement sonde auriculaire 26 F1 Hématome important 27 F2 Déhiscence plaie 28 G1 Stimulation diaphragmatique 29 G2 Stimulation phrénique

1 Sinusale bradycardie 2 Aanwezigheid of vermoeden significante AV geleidingsstoornis 3 Atriale aritmie 4 Langzame ventriculaire tachycardie 5 Toekomstige kandidaat voor een resynchronisatie
Liste déroulante 25: Indication si implantation d'un double ou d'un triple chambre ID libelle 1 Bradycardie synusale 2 Trouble conductif auriculoventriculaire significatif actuel ou prédit 3 Arythmie auriculaire 4 Tachycardie ventriculaire lente 5 Candidat futur pour une resynchronisation