Artikel 164, § 6, van de Code van geneeskundige Plichtenleer voerde in 1987 de onbezoldigdheid van het bestuurdersmandaat in een artsenvennootschap in hoofdzakelijk om te voorkomen dat een ongelijkheid zou ontstaan tussen de artsen-vennoten met en die zonder bestuursfunctie.
En 1987, l'article 164, §6, du Code de déontologie médicale établissait la gratuité du mandat d'administrateur dans une société de médecins, principalement afin d'éviter qu'une inégalité ne s'instaure entre les médecins-associés et ceux qui n'assumaient pas de fonction d'administration.