Hij moet de volgende basisvaardigheden kunnen aanwenden in de arts-patiëntcontacten: zowel systematisch als gericht werken bij het beantwoorden van hulpvragen van patiënten de relationele aspecten van de arts-patiëntrelatie begrijpen en adequaat psychosociaal handelen adequaat somatisch handelen een coördinerende en navigerende rol spelen in de zorgverlening.
Il doit pouvoir intégrer, dans les contacts médecin-patient, les aptitudes de base suivantes : travailler de façon à la fois systématique et orientée dans le cadre de la réponse à apporter à la demande d’aide du patient comprendre les aspects relationnels de la relation médecin-patient et appréhender correctement les aspects psychosociaux adopter un comportement adéquat au niveau somatique jouer un rôle de coordinateur et de guide dans le processus de soins.