Traduction de «Hydronefrose » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE

hydronefrose met obstructie van pyelo-ureterale overgang
Hydronéphrose avec obstruction de la jonction pyélo-urétérale

hydronefrose met obstructie door nier- en ureterstenen
Hydronéphrose avec obstruction calculeuse rénale et urétérale

hydronefrose met ureterstrictuur
Hydronéphrose avec rétrécissement urétéral

foetale hydronefrose
hydronéphrose prénatale

hydronefrose
hydronéphrose

afknikking en strictuur van ureter zonder hydronefrose
Coudure et rétrécissement urétéral, sans hydronéphrose

overige en niet-gespecificeerde vormen van hydronefrose
Hydronéphroses, autres et sans précision

congenitale hydronefrose
hydronéphrose congénitale

bilaterale hydronefrose
hydronéphrose bilatérale

congenitale hydronefrose
Hydronéphrose congénitale

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

- - Hydronefrose, Urine incontinentie, Hematurie, Nocturie, Verhoogde creatinine bloedspiegels
- - Hydronéphrose, Incontinence urinaire, Hématurie, Nycturie, Augmentation de la créatinémie

Het secundaire eindpunt was: reële en percentagewijziging tegenover de uitgangswaarde van de detrusorlekpuntdruk, verbetering of stabilisatie van hydronefrose en hydro-ureter en verandering van de urinevolumes verkregen door katheterisatie en het aantal keren dat de patiënt nat was op het moment van de katheterisatie, zoals opgetekend in de katheterisatiedagboeken.
Les deuxièmes critères d’évaluation étaient: modification et pourcentage réels vis-à-vis de la valeur de départ du seuil de pression de fuite vésicale, amélioration ou stabilisation de l’hydronéphrose et de l’hydro-uretère et modification du volume urinaire obtenu par cathétérisation et nombre de fois qu’on est mouillé au moment de la cathétérisation comme enregistré dans les journaux de cathétérisation.

Secundaire eindpunten waren: feitelijke en procentuele verandering tegenover de uitgangswaarde van de detrusorlekpuntdruk, verbetering of stabilisatie van hydronefrose en hydro-ureter en verandering van de urinevolumes verkregen door katheterisatie en het aantal keren dat de patiënt nat was op het moment van de katheterisatie, zoals opgetekend in de katheterisatiedagboeken.
Les critères d’évaluation secondaires étaient: modification et pourcentage réels vis-à-vis de la valeur de départ du seuil de pression de fuite vésicale, amélioration ou stabilisation de l’hydronéphrose et de l’hydro-uretère et modification du volume urinaire obtenu par cathétérisation et nombre de fois que le patient était mouillé au moment de la cathétérisation comme enregistré dans les journaux de cathétérisation.

De secundaire eindpunten waren: de nominale en procentuele verandering t.o.v. de uitgangswaarde in detrusorlekdruk, verbetering of stabilisatie van hydronefrose en hydro-ureter en verandering in urinevolumes verkregen door katheterisatie en het aantal keer plassen op het tijdstip van de katheterisatie zoals opgetekend in de katheterisatiedagboeken.
Les critères d'évaluation secondaires étaient : Valeur réelle et pourcentage de modification par rapport au départ de la pression de fuite du détrusor, amélioration ou stabilisation de l'hydronéphrose et de l'hydro-uretère et modification des volumes urinaires obtenus par cathétérisme, et nombre de fois où l'enfant était mouillé au moment du cathétérisme d'après les données enregistrées dans les journaux quotidiens du cathétérisme.

Zeer vaak Vaak Rectale hemorragie 8 (2,2) 2 (0,5) Droge mond 8 (2,2) 1 (0,3) Opgezette buik 5 (1,3) 1 (0,3) Alopecia 37 (10) 0 Droge huid 9 (2,4) 0 Erytheem 5 (1,3) 0 Rugpijn 60 (16,2) 14 (3,8) Artralgie 39 (10,5) 4 (1,1) Pijn in de 30 (8,1) 6 (1,6) extremiteiten Spierspasmen 27 (7,3) 0 Myalgie 14 (3,8) 1 (0,3) Musculoskeletale 11 (3) 1 (0,3) borstpijn Pijn in de flanken 7 (1,9) 3 (0,8) Acute 8 (2,2) 6 (1,6) nierinsufficiëntie Nierinsufficiëntie 7 (1,9) 6 (1,6) Dysurie 25 (6,7) 0 Nierkoliek 5 (1,3) 1 (0,3) Hematurie 62 (16,7) 7 (1,9) Pollakisurie 13 (3,5) 1 (0,3) Hydronefrose 9 (2,4) 3 (0,8) Urine retentie 9 (2,4) 3 (0,8) Urine incontinentie 9 (2,4) 0 Ureterobstructie 7 (1,9) 5 (1,3) Bekkenpijn 7 (1,9) 1 (0,3)
Hémorragie rectale 8 (2,2) 2 (0,5) Sécheresse de la bouche 8 (2,2) 1 (0,3) Distension abdominale 5 (1,3) 1 (0,3) Alopécie 37 (10) 0 Sécheresse de la peau 9 (2,4) 0 Érythème 5 (1,3) 0 Douleur dorsale 60 (16,2) 14 (3,8) Arthralgie 39 (10,5) 4 (1,1) Douleur des extrémités 30 (8,1) 6 (1,6) Spasmes musculaires 27 (7,3) 0 Myalgie 14 (3,8) 1 (0,3) Douleur thoracique 11 (3) 1 (0,3) musculo-squelettique Douleur au niveau du 7 (1,9) 3 (0,8) flanc Insuffisance rénale aigue 8 (2,2) 6 (1,6) Insuffisance rénale 7 (1,9) 6 (1,6) Dysurie 25 (6,7) 0 Colique rénale 5 (1,3) 1 (0,3) Hématurie 62 (16,7) 7 (1,9) Pollakiurie 13 (3,5) 1 (0,3) Hydronéphrose 9 (2,4) 3 (0,8) Rétention urinaire 9 (2,4) 3 (0,8) Incontinence urinaire 9 (2,4) 0 Obstruction urétrale 7 (1,9) 5 (1,3)

Bij ratten en muizen werden geringe renale veranderingen waargenomen (zoals exacerbatie van het leeftijdgerelateerde lipofuscine in tubulair epitheel en toename in hydronefrose, respectievelijk exacerbatie van onderliggende laesies).
Des modifications rénales mineures ont été observées chez le rat (exacerbation liée à l’âge de la lipofuscine dans l’épithélium tubulaire, augmentations de l’hydronéphrose) et la souris (aggravation de lésions préexistantes).

Kleine nierveranderingen werden waargenomen bij de rat (exacerbatie van leeftijdgerelateerde lipofuscine in tubulair epitheel, toename in hydronefrose) en de muis (exacerbatie van onderliggende laesies).
Des modifications rénales mineures ont été observées chez le rat (exacerbation liée à l’âge de la lipofuscine dans l’épithélium tubulaire, augmentations de l’hydronéphrose) et la souris (aggravation de lésions préexistantes).

In reproductie-toxiciteitstudies bij ratten werd melding gemaakt van een verhoogde incidentie van hydronefrose en uitbreiding van het nierbekken en was de embryonale sterfte toegenomen.
Lors d’études de toxicité reproductive chez le rat, une incidence accrue d’hydronéphrose et d’extension du bassin rénal a été signalée tandis que la mortalité embryonnaire était accrue.

Preklinische gegevens afkomstig van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij herhaalde dosering, genotoxiciteit, carcinogeen potentieel duiden niet op een speciaal risico voor mensen die al niet is geïdentificeerd in de SPK. In studies benadrukken schendingen van de voortplantingsorganen bij ratten, een verhoogde incidentie van hydronefrose met nier-bekken verlenging is uitgesteld en de embryonale letaliteit is ook hoger.
Les données pré-cliniques issues des études conventionnelles de toxicologie en administration répétée, génotoxicité, carcinogénicité n’ont pas révélé de risque particulier pour l’homme qui n’a déjà été recensé dans le SPC. Dans les études mettant en valeur les atteintes des organes de la reproduction chez le rat, une augmentation de l’incidence des hydronéphroses avec extension pelvienne rénale a été rapportée et la létalité embryonnaire est supérieure.