Traduction de «14 c-posaconazol » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE

product dat posaconazole bevat
produit contenant du posaconazole

product dat posaconazole in orale vorm bevat
produit contenant du posaconazole sous forme orale

ring 14
syndrome du chromosome 14 en anneau

dup(14)(q11.2)
syndrome de microduplication 14q11.2

del(14)(q24.1q24.3)
syndrome de microdélétion 14q24.1q24.3

del(14)(q12)
syndrome de microdélétion 14q12

del(14)(q11.2)
syndrome de microdélétion 14q11.2

autosomaal recessieve spinocerebellaire ataxie type 14
ataxie cérébelleuse autosomique récessive associée à la spectrine

humaan echovirus 14
échovirus humain de type 14

humaan rhinovirus 14
rhinovirus humain 14

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

M01AB55 DICLOFENAC, COMBINATIEPREPARATEN 0 0,0% 0,1 M01AB02 SULINDAC 0 0,1% 0,2 M01AB15 KETOROLAC 0 0,2% 0,0 16 J02AC J02AC01 FLUCONAZOL 115 0,6% 14,0 J02AC02 ITRACONAZOL 40 0,6% 14,4 J02AC03 VORICONAZOL 7 0,4% 0,1 J02AC04 POSACONAZOL 1 0,2% 0,0 17 J01CA J01CA04 AMOXICILLINE 161 0,6% 154,0 J01CA01 AMPICILLINE 0 1,0% 0,1 18 C10AA C10AA05 ATORVASTATINE 85 0,1% 65,0 C10AA07 ROSUVASTATINE 35 0,1% 44,0 C10AA01 SIMVASTATINE 27 0,1% 89,1 C10AA03 PRAVASTATINE 10 0,1% 19,1 C10AA04 FLUVASTATINE 2 0,0% 2,1 19 R05CB R05CB01 ACETYLCYSTEINE 92 0,8% 357,1 R05CB05 MESNA 39 3,9% 14,9 R05CB13 DORNASE ALFA (DESOXYRIBONUCLEASE) 1 0,0% 0,0 20 J01FF J01FF01 CLINDAMYCINE 112 2,1% 20,9 J01FF02 LINCOMYCINE 5 1,0% 0,4
M01AB55 DICLOFENAC, ASSOCIATIONS 0 0,0% 0,1 M01AB02 SULINDAC 0 0,1% 0,2 M01AB15 KETOROLAC 0 0,2% 0,0 16 J02AC J02AC01 FLUCONAZOLE 115 0,6% 14,0 J02AC02 ITRACONAZOLE 40 0,6% 14,4 J02AC03 VORICONAZOLE 7 0,4% 0,1 J02AC04 POSACONAZOLE 1 0,2% 0,0 17 J01CA J01CA04 AMOXICILLINE 161 0,6% 154,0 J01CA01 AMPICILLINE 0 1,0% 0,1 18 C10AA C10AA05 ATORVASTATINE 85 0,1% 65,0 C10AA07 ROSUVASTATINE 35 0,1% 44,0 C10AA01 SIMVASTATINE 27 0,1% 89,1 C10AA03 PRAVASTATINE 10 0,1% 19,1 C10AA04 FLUVASTATINE 2 0,0% 2,1 19 R05CB R05CB01 ACETYLCYSTEINE 92 0,8% 357,1 R05CB05 MESNA 39 3,9% 14,9 R05CB13 DORNASE ALFA (DESOXYRIBONUCLEASE) 1 0,0% 0,0 20 J01FF J01FF01 CLINDAMYCINE 112 2,1% 20,9 J01FF02 LINCOMYCINE 5 1,0% 0,4

Systemische opname van de actieve bestanddelen werd bepaald in single-dose studies met [ 14 C]-orbifloxacine, [ 3 H]-mometasonfuroaat en [ 14 C]-posaconazol, zoals opgenomen in de formulering van Posatex, toegediend in de gehoorgangen van normale Beagle-honden.
L’absorption systémique des substances actives a été déterminée dans des études à simple dose avec d’orbifloxacine-C 14 , du furoate de mométasone-H 3 et du posaconazole-C 14 contenus dans la formulation de POSATEX après administration intra-auriculaire chez des Beagle.

Na toediening van 14 C-posaconazol werd de radioactiviteit voornamelijk teruggevonden in de feces (77 % van de radioactief gemerkte dosis) waarvan de belangrijkste component het 'parent compound' was (66 % van de radioactief gemerkte dosis).
Après administration de 14 C-posaconazole, la radioactivité a été principalement retrouvée dans les fèces (77 % de la dose radiomarquée), le principal composant étant la molécule mère (66 % de la dose radiomarquée).

De AUC van posaconazol is 4 keer groter wanneer toegediend met een vetrijke maaltijd (~ 50 gram vet) en ongeveer 2,6 keer groter wanneer toegediend tijdens een lichte maaltijd of met een voedingssupplement (14 gram vet) in vergelijking met toediening op de nuchtere maag (zie rubrieken 4.2 en 4.5).
L’ASC du posaconazole est 4 fois supérieure quand il est administré avec un repas riche en graisse (∼ 50 grammes de graisse) et environ 2,6 fois supérieure quand il est administré avec un repas pauvre en graisse ou avec un complément nutritionnel (14 grammes de graisse) par rapport à une administration à jeun (voir rubriques 4.2 et 4.5).

Tabel 4. Klinische succespercentages bij Orofaryngeale candidiasis Eindpunt Posaconazol Fluconazol Klinisch succespercentage op Dag 14 91,7 % (155/169) 92,5 % (148/160) Klinisch succespercentage 4 weken na einde van behandeling 68,5 % (98/143) 61,8 % (84/136)
Tableau 4. Taux de succès cliniques dans les candidoses oropharyngées Critère d’évaluation Posaconazole Fluconazole Taux de succès clinique à J 14 91,7 % (155/169) 92,5 % (148/160) Taux de succès clinique 4 semaines après la fin du traitement 68,5 % (98/143) 61,8 % (84/136)

Posaconazol bleek niet-inferieur te zijn aan fluconazol voor de klinische succespercentages zowel op Dag 14 als 4 weken na het einde van de behandeling.
Cette étude montre que le posaconazole est non-inférieur au fluconazole sur les taux de succès cliniques à J 14 ainsi que 4 semaines après la fin du traitement.

De fungicide werking van posaconazol berust op de selectieve inhibitie van het enzym lanosterol 14-demethylase (CYP51), dat betrokken is bij de ergosterol biosynthese in gisten en filamenteuze schimmels.
Le mécanisme d’action fongicide du posaconazole fait intervenir l’inhibition de l’enzyme lanosterol 14-demethylase (CYP51) impliquée dans la biosynthèse de l’ergostérol chez les levures et les champignons.