De LS mochten een aantal specifieke soorten productiegebonden rechtstreekse steun (gedeeltelijk gekoppelde steun) behouden waar dat met het oog op een minimaal productiviteitsniveau en milieuvoordelen nodig werd geacht.
MS had the possibility to maintain some specific production-related direct aid (partially coupled support) where this was considered necessary in order to ensure a minimum level of productive activity and to generate environmental benefits.