De hiervoor gebruikte combinaties van probe en restrictie-enzym moeten de sequenties die in de genetisch gemodificeerde plant kunnen worden ingebracht, zoals in de genetisch gemodificeerde plant achterblijvende delen van de plasmide/vector of het/de dragernucleïnezuur of -zuren of vreemd(e) nucleïnezuur of -zuren, volledig dekken.
Probe/restriction enzyme combinations used for this purpose shall provide complete coverage of sequences that could be inserted into the genetically modified plant, such as any parts of the plasmid/vector or any carrier or foreign nucleic acid(s) remaining in the genetically modified plant.
