Art. 3. Met toepassing van artikel 15.3 van het decreet wort tegen elke persoon die de uitoefening van de opdracht van de in artikel 1 van voorliggend besluit vermelde personen weigert of verhindert, een klacht bij het bevoegde parket ingediend met het oog op de vervolging van het misdrijf, dat met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en/of met geldboete van 26 tot 5.000 EUR gestraft wordt.
Art. 3 - In Anwendung von Artikel 15 3. des Dekretes wird jede Person, die die Durchführung des Auftrages der in Artikel 1 vorliegendem Erlass bezeichneten Personen verweigert oder behindert bei der zuständigen Staatsanwaltschaft angezeigt zwecks Ahndung der Straftat mit einer Haftstrafe von acht Tagen bis zu 6 Monaten und/oder einer Geldstrafe von 26 bis zu 5.000 Euro.