Vertaling van "totale eindenergieverbruik " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

eindenergieverbruik | finaal energieverbruik | finale energievraag
Endenergieverbrauch | energetischer Endverbrauch | EEV [Abbr.]

totale doorsnede | totale microscopische doorsnede | totale microscopische werkzame doorsnede | totale werkzame doorsnede
totaler Wirkungsquerschnitt

octant-sinuscomponent van totale fout | quadrant-sinuscomponent van totale fout | semi-circulaire sinuscomponent van totale fout
Fehlerkomponente

integrale kwaliteitszorg (nom) | kwaliteitsbeheer (nom neutre) | totaal kwaliteitsbeheer (nom neutre) | totale kwaliteitszorg (nom) | total quality management (nom)
Qualitätsmanagement (nom neutre) | Total Quality Management (nom neutre) | TQM (nom neutre) | umfassendes Qualitätsmanagement (nom neutre)

totale breedte
Gesamtbreite

opdracht voor een totale prijs
Auftrag zum Gesamtpreis

Total business return
TBR | Total Business Return

totale omzet
Gesamtumsatz

totale kwaliteitszorg
Total-Quality-Management | TQM

kort enkelschotsvuurwapen met randvuurontsteking met een totale lengte van minder dan 28 cm
kurze Einzellader-Feuerwaffe mit Randfeuerzündung mit einer Gesamtlänge von weniger als 28 cm (1) | kurze Einzelladerwaffe mit Randfeuerzündung mit einer Gesamtlänge von weniger als 28 cm (2)

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Woningen en bedrijfsgebouwen nemen ca. 40% van het totale eindenergieverbruik in de EU en 36% van de totale CO2-uitstoot in de EU voor hun rekening.
Der Energieverbrauch in Wohnhäusern und gewerblich genutzten Gebäuden macht in der EU rund 40 % des gesamten Energieendverbrauchs und 36 % der gesamten CO2-Emissionen aus.

De richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen (2002/91/EG), die door de lidstaten vóór januari 2006 moet zijn omgezet [25] kan een centrale rol spelen bij de verwezenlijking van het besparingspotentieel in de bouwsector, dat geraamd wordt op 28% [26] en waardoor het totale eindenergieverbruik van de EU met ongeveer 11% kan worden verminderd.
Die Richtlinie über die Gesamtenergieeffizienz von Gebäuden (2002/91/EG) , die von den Mitgliedstaaten bis Januar 2006 umgesetzt sein muss[25], kann eine Schlüsselrolle bei der Ausschöpfung des Einsparpotenzials im Gebäudesektor spielen, das auf 28 %[26] geschätzt wird und das wiederum den Gesamt-Endenergieverbrauch in der EU um etwa 11 % reduzieren kann.

55. wijst erop dat het energieverbruik in gebouwen in 2010 het grootste aandeel vormde van het totale eindenergieverbruik in de EU – 40%, waarvan 26,7% huishoudelijk verbruik – en dat dit verbruik goed was voor 36% van de CO2 -uitstoot van de Unie; betreurt het feit dat de meeste lidstaten tekortschieten wat de volledige benutting van het energiebesparingspotentieel in gebouwen betreft; verzoekt de Commissie manieren te vinden om de inspanningen aan te moedigen om ervoor te zorgen dat het grootste energiebesparingspotentieel niet onbenut blijft, door voorstellen in te dienen met duidelijke doelstellingen wat het energieverbruik van gebouwen in de lidstaten betreft;
55. weist darauf hin, dass der Energieverbrauch von Gebäuden den größten Anteil – 40 % – am Endenergieverbrauch in der EU hat, wobei der Anteil der Haushalte 26.7 % beträgt und dieser Anteil für 36 % des CO2 -Ausstoßes der Union verantwortlich ist; bedauert, dass die meisten Mitgliedstaaten das Energieeinsparpotenzial von Gebäuden nicht voll auszunutzen; fordert die Kommission auf, Mittel zu suchen um zu fördern, dass das größte Energiesparpotenzial nicht ungenutzt bleibt und deshalb Vorschläge mit klaren Zielvorgaben in Bezug auf den Energieverbrauch von Gebäuden in den EU-Mitgliedsstaaten vorzulegen;

55. wijst erop dat het energieverbruik in gebouwen in 2010 het grootste aandeel vormde van het totale eindenergieverbruik in de EU – 40%, waarvan 26,7% huishoudelijk verbruik – en dat dit verbruik goed was voor 36% van de CO2-uitstoot van de Unie; betreurt het feit dat de meeste lidstaten tekortschieten wat de volledige benutting van het energiebesparingspotentieel in gebouwen betreft; verzoekt de Commissie manieren te vinden om de inspanningen aan te moedigen om ervoor te zorgen dat het grootste energiebesparingspotentieel niet onbenut blijft, door voorstellen in te dienen met duidelijke doelstellingen wat het energieverbruik van gebouwen in de lidstaten betreft;
55. weist darauf hin, dass der Energieverbrauch von Gebäuden den größten Anteil – 40 % – am Endenergieverbrauch in der EU hat, wobei der Anteil der Haushalte 26.7 % beträgt und dieser Anteil für 36 % des CO2-Ausstoßes der Union verantwortlich ist; bedauert, dass die meisten Mitgliedstaaten das Energieeinsparpotenzial von Gebäuden nicht voll auszunutzen; fordert die Kommission auf, Mittel zu suchen um zu fördern, dass das größte Energiesparpotenzial nicht ungenutzt bleibt und deshalb Vorschläge mit klaren Zielvorgaben in Bezug auf den Energieverbrauch von Gebäuden in den EU-Mitgliedsstaaten vorzulegen;

een beoordeling van de vooruitgang op het vlak van energieverbruik en van energieverbruik in verhouding tot de economische activiteit op Unieniveau, waaronder de vooruitgang in verband met de efficiëntie in de energievoorziening in de lidstaten die hun nationale indicatieve streefcijfers hebben gebaseerd op eindenergieverbruik of de totale energiebesparing, inclusief de vooruitgang tengevolge van de naleving door die lidstaten van hoofdstuk III van deze richtlijn.
einer Bewertung der Fortschritte beim Energieverbrauch und beim Energieverbrauch im Verhältnis zur Wirtschaftstätigkeit auf Unionsebene, einschließlich der Fortschritte bei der Effizienz der Energieversorgung in Mitgliedstaaten, deren nationale indikative Ziele auf dem Endenergieverbrauch oder Endenergieeinsparungen beruhen, einschließlich der Fortschritte dieser Mitgliedstaaten bei der Einhaltung des Kapitels III dieser Richtlinie.

De bouwsector neemt ongeveer 40% van het totale eindenergieverbruik en van de CO 2-uitstoot van de EU voor zijn rekening.
Auf den Gebäudesektor entfallen etwa 40 % des Endenergieverbrauchs und der CO 2-Emissionen der EU.

18. roept de Raad op om vast te houden aan de voorgestelde ambitieuze doelstellingen om te komen tot een bindend aandeel van 20% voor duurzame hernieuwbare energie in het totale eindenergieverbruik van de Gemeenschap en een bindend aandeel van 10% voor energie uit duurzame hernieuwbare bronnen in de transportsector van elke lidstaat in 2020;
18. fordert den Rat auf, an den vorgeschlagenen ehrgeizigen Zielen festzuhalten, die darin bestehen, dass Energie aus nachhaltigen erneuerbaren Energiequellen bis 2020 einen verbindlichen Anteil von 20 % am Gesamtenergieverbrauch der Gemeinschaft und einen verbindlichen Anteil von 10 % am Verkehrssektor eines jeden Mitgliedstaats ausmachen soll;

23. roept de Raad op om vast te houden aan de voorgestelde ambitieuze doelstellingen om te komen tot een bindend aandeel van 20% voor duurzame hernieuwbare energie in het totale eindenergieverbruik van de Gemeenschap en een bindend aandeel van 10% voor energie uit duurzame hernieuwbare bronnen in de vervoerssector van elke lidstaat in 2020;
23. fordert den Rat auf, an den vorgeschlagenen ehrgeizigen Zielen festzuhalten, die darin bestehen, dass Energie aus nachhaltigen erneuerbaren Energiequellen bis 2020 einen verbindlichen Anteil von 20 % am Gesamtenergieverbrauch der Gemeinschaft und einen verbindlichen Anteil von 10 % am Verkehrssektor eines jeden Mitgliedstaats ausmachen soll;