21. keert zich tegen het opstellen van regelgeving inzake het toekennen van contracten voor overheidsopdrachten onder de drempelwaarden op EU-niveau; onderstreept dat de lidstaten aansprakelijk zijn voor de efficiënte uitvoering van de verdragsbeginselen van transparantie, non-discriminatie en vrije dienstverlening in het kader van contracten voor overheidsopdrachten onder de drempelwaarden; bevestigt zijn standpunt dat het opstellen van regels betreffende het toekennen van contracten voor overheidsopdrachten op EU-niveau het voorrecht is van de Raad en het Parlement;
21. wendet sich gegen die Einführung einer Regelung zur Auftragsvergabe unterhalb der Schwellenwerte auf EU-Ebene; unterstreicht, dass die Mitgliedstaaten dafür verantwortlich sind, die im Vertrag festgelegten Grundsätze der Transparenz, der Nichtdiskriminierung und der Dienstleistungsfreiheit bei Auftragsvergaben unterhalb der Schwellenwerte effizient umzusetzen, und bekräftigt seinen Standpunkt, dass die Einführung einer Regelung zur Auftragsvergabe auf EU-Ebene ein Vorrecht des Rates und des Parlaments ist;