Tijdens de test wordt de hulpapparatuur die nodig is voor de werking van de motor in de beoogde toepassing (zie tabel 1) op de testbank geïnstalleerd, zoveel mogelijk in dezelfde positie als bij de beoogde toepassing.
Während der Prüfung müssen die für den Motorbetrieb bei der beabsichtigten Verwendung erforderlichen Nebenverbraucher (siehe Tabelle 1) auf dem Prüfstand möglichst in derselben Lage wie bei der beabsichtigten Verwendung angebaut sein.