16. constateert dat een groot aantal kleine bedrijven door hun structurele
beperkingen qua hoeveelheid land, productievolume of eigen financieri
ngsmogelijkheden er niet in slaagt voldoende middelen bij elkaar te krijgen en voldoende steun te bemachtigen om zich staande te houden of/en het bedrijf aan een opvolger over te dragen; benadrukt dat de huidige communautaire maatregelen weliswaar de marktgebonden en
niet-marktgebonden, op kwaliteit en
het milieu ...[+++] gerichte functies van deze bedrijven steunen, maar deze niet de mogelijkheid geven zich te handhaven terwijl zij toch een niet-marktgerichte functie hebben, namelijk de instandhouding van de sociale structuur en het ruimtelijk beheer in plattelandsgebieden; meent dat een aanpassing overwogen moet worden van artikel 33 van de verordening plattelandsontwikkeling met betrekking tot de omschakeling en ontwikkeling van plattelandsgebieden, zodat het mogelijk wordt steun te geven aan deze categorie van kleine bedrijven ten einde het verlies aan economische en sociale dynamiek en de ontvolking van het platteland in veel regio's van de Unie af te remmen;