Het voorzitterschap heeft daarom gemeend enkele deta
ilvoorstellen in te moeten dienen, gebaseerd op de volgende
beginselen: behoud van de formule van de “dubbele pet” die door de Conventie is uitgewerkt, met de verduidelijking dat de onafhankelijkheid van de vice-voorzitter van de Commissie/minister van Buitenlandse Zaken betrekking heeft op zijn lidmaatschap
van het college en niet op zijn taken in de Raad (bijvoorb ...[+++]eeld de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en het voorzitterschap van de Raad Algemene Zaken en de Raad Externe Betrekkingen); precisering van de gevolgen voor de minister van Buitenlandse Zaken wanneer een motie van afkeuring gericht tegen de Commissie wordt aangenomen door het Europees Parlement; de uitdrukkelijke toezegging dat de voorzitter van de Commissie niet het ontslag kan eisen van de vice-voorzitter/minister van Buitenlandse Zaken zonder de instemming van de Europese Raad; en versterking van de bepaling waarin aan de vice-voorzitter/minister van Buitenlandse Zaken de verantwoordelijkheid wordt toegekend om de samenhang tussen het GBVB en de externe betrekkingen van de Unie te garanderen.Der Vorsitz hat d
eshalb beschlossen, einige konkrete Vorschläge vorzulegen, die auf folgenden Grundsätzen beruhen: Beibehaltung der vom Konvent ausgearbeiteten Formel des „Doppelhutes“, wobei präzisiert wird, dass sich die Unabhängigkeit des Vizepräsidenten der Kommission/Außenmi
nisters auf die mit seinen Aufgaben im Rahmen der Kommission zusammenhängenden Aspekt
e bezieht und nicht gilt, wenn er im Auftrag des Ministerrates tätig i
...[+++]st (beispielsweise im Bereich der Gemeinsamen Außen- und Sicherheitspolitik sowie als Vorsitzender des Rates „Allgemeine Angelegenheiten und Außenbeziehungen“); Klarstellung der sich im Falle eines Misstrauensantrags des Europäischen Parlaments gegen die Kommission für den Außenminister ergebenden Konsequenzen; ausdrückliche Festlegung, dass der Kommissionspräsident den Vizepräsidenten/Außenminister nicht ohne die Zustimmung des Europäischen Rates auffordern kann, sein Amt niederzulegen; Verstärkung der Bestimmung, wonach der Vizepräsident/Außenminister für die Gewährleistung der Kohärenz zwischen der GASP und den Außenbeziehungen der Union verantwortlich ist.