2. Indien het in artikel 6, lid 1, bedoelde certificaat onvolledig is ingevuld of kennelijk niet overeenstemt met het vonnis of, in voorkomend geval, de proeftijdbeslissing, kan de bevoegde autoriteit van de tenuitvoerleggingsstaat de erkenning van het vonnis en, in voorkomend geval, de proeftijdbeslissing uitstellen totdat het certificaat, binnen een redelijk geachte termijn, volledig is ingevuld of is gecorrigeerd.
(2) Die zuständige Behörde des Vollstreckungsstaats kann die Entscheidung über die Anerkennung des Urteils und gegebenenfalls der Bewährungsentscheidung aufschieben, wenn die in Artikel 6 Absatz 1 genannte Bescheinigung unvollständig ist oder offensichtlich nicht dem Urteil oder gegebenenfalls der Bewährungsentscheidung entspricht, und zwar bis zum Ablauf einer gesetzten angemessenen Frist für die Ergänzung oder Berichtigung der Bescheinigung.
