23. dringt aan op de snelle vaststelling en beschikbaarstelling van het aandeel van de Stille-Oceaanregio in de middelen uit hoofde van „Hulp voor handel”; onderstreept dat deze middelen een aanvulling moeten vormen op de middelen uit het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) en niet louter een andere verpakking daarvan , dat zij moeten aansluiten bij de prioriteiten van Papoea-Nieuw-Guinea en de Republiek Fiji-eilanden, alsook van de ruimere Stille-Oceaanregio, en dat de uitbetaling ervan tijdig moet gebeuren, voorspelbaar moet zijn en in overeenstemming met de uitvoeringsschema's van de nationale en regionale strategische ontwikkelingsplannen;
23. fordert, dass der Anteil an den Mitteln für die Handelshilfe frühzeitig festgelegt und bereitgestellt wird; betont, dass diese Mittel aus zusätzlichen Quellen und nicht nur aus einer Umschichtung der Mittel im Rahmen des Europäischen Entwicklungsfonds (EEF) stammen sollten, dass sie den Prioritäten von Papua-Neuguinea und der Republik Fidschi-Inseln sowie dem Pazifikraum entsprechen sollten und ihre Auszahlung fristgerecht, kalkulierbar und in Übereinstimmung mit den Zeitplänen zur Ausführung der nationalen und regionalen Pläne für die strategische Entwicklung erfolgen sollte;