O. overwegende dat de tekorten aan gekwalificeerde, arbeidsspecifieke vaardigheden reeds worden aangetroffen op gebieden die van cruciaal belang zijn voor de innovatie en overwegende dat naar verwachting tegen 2020 ten minste 40% van de werkgelegenheid voorhanden zal zijn in hooggekwalificeerde, niet-manuele banen;
O. in der Erwägung, dass Defizite bei qualifizierten arbeitsplatzbezogenen Kenntnissen und Fertigkeiten bereits in Bereichen beobachtet werden können, die wichtig für Innovationen sind, und dass zu erwarten steht, dass bis 2020 mindestens 40% der Arbeitsplätze hochqualifizierte, nicht-manuelle Tätigkeiten sein werden;
