Vertaling van "juni 2001 waarin de lidstaten nogmaals bevestigden " (Nederlands → Duits) :

2. benadrukt dat de staatshoofden en regeringsleiders in juni 2014 nogmaals bevestigden (herhaald op de speciale bijeenkomst van de Europese Raad in augustus 2014) dat geïnvesteerd moet worden in de economieën van de lidstaten en dat deze voorbereid moeten worden op de toekomst door werk te maken van investeringen die al eerder gedaan hadden moeten zijn in de vervoers-, energie- en telecominfrastructuur (inclusief de voltooiing van de interne digitale markt tegen 2015) die voor de EU van betekenis is, evenals in energie-efficiëntie, innovatie en onderzoek, vaardigheden en innovatie; herinnert aan de cruciale rol die de EU-begroting speelt voor het bereiken van deze politieke doelstellingen;
2. betont, dass die Staats- und Regierungschefs im Juni 2014 erneut übereingekommen sind (diese Übereinkunft wurde auf der außerordentlichen Tagung des Europäischen Rates im August 2014 bekräftigt), dass es notwendig ist, Investitionen zu tätigen und die Volkswirtschaften der Mitgliedstaaten auf die Zukunft vorzubereiten, indem überfällige Investitionen in Verkehrs-, Energie- und Telekommunikationsinfrastrukturen (einschließlich der Vollendung des digitalen Binnenmarktes bis 2015), die von Bedeutung für die Union ist, sowie in Energieeffizienz, Innovation und Forschung sowie Kompetenzen in Angriff genommen werden; verweist auf die unstrittige Rolle, die dem Haushalt der Europäischen Union bei der Verwirklichung dieser politischen Ziele zukommt;

- gezien het gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 11 juni 2001 waarin de lidstaten nogmaals bevestigden ernaar te streven dat het IS spoedig wordt opgericht en dat het Statuut van Rome ten volle ten uitvoer worden gelegd,
– unter Hinweis auf den Gemeinsamen Standpunkt des Rates vom 11. Juni 2001, worin die Mitgliedstaaten ihr Engagement für die frühzeitige Einsetzung des Internationalen Strafgerichtshofs sowie die vollständige Umsetzung des Römischen Statuts bekräftigten,

De conclusies van de Europese Raad van Cardiff (juni 1998), Wenen (december 1998) en Göteborg (juni 2001), alsmede de conclusies van de Raad Ontwikkeling van november 1999 en november 2001, waarin de lidstaten en de Gemeenschap aangemoedigd worden om de integratie van het klimaatveranderingsvraagstuk in hun ontwikkelingssamenwerkingsbeleid te versterken en daartoe de nodige aanvullende financiële middelen vrij te maken.
die Schlussfolgerungen der Tagungen des Europäischen Rates in Cardiff (Juni 1998), Wien (Dezember 1998) und Göteborg (Juni 2001) sowie auf die Schlussfolgerungen des Rates (Entwicklung) vom November 1999 und vom November 2001, in denen er die Mitgliedstaaten und die Gemeinschaft auffordert, die Klimaänderungen stärker in ihre Politik der Entwicklungszusammenarbeit einzubeziehen und hierfür geeignete zusätzliche Finanzmittel bereitzustellen -

De geachte afgevaardigde heeft er terecht op gewezen dat de Raad op 5 juni 2001 een aanbeveling heeft aangenomen waarin de lidstaten onder meer worden opgeroepen maatregelen te treffen voor het aan banden leggen van de productie van en reclame voor alcoholhoudende dranken die voor kinderen en jongeren zijn bestemd.
Wie die Frau Abgeordnete darlegte, hat der Rat am 5. Juni 2001 eine Empfehlung angenommen, in der insbesondere die Mitgliedstaaten ersucht werden, Maßnahmen zur Eindämmung der Erzeugung von für Kinder und Jugendliche bestimmten alkoholischen Getränken sowie der auf Jugendliche abzielenden Werbung für solche Getränke zu ergreifen.

Herinnert aan het door de Europese Raad van 4 en 5 november 2004 aangenomen Haags Programma, waarin volledige wederkerigheid inzake visumvrijstelling wordt erkend als een essentieel onderdeel van het gemeenschappelijk visumbeleid van de EU voor het vergemakkelijken van legaal reizen, en waarin de Commissie wordt opgeroepen ernaar te blijven streven dat de burgers van alle lidstaten zo spoedig mogelijk zonder een visum voor kort verblijf kunnen reizen naar alle derde landen waarvan de onderdanen zonder visum naar de EU kunnen reizen, Herinnert aan de vaststelling van Verordening (EG) nr. 851/2005 van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 539/2001, wat betreft het wederkerigheidsmechanisme, die op 24 juni 2005 in werking is getreden , Herinnert eraan dat de lidstaten, overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EG) nr. 851/2005 van de Raad, de Raad en de Commissie schriftelijk in kennis moeten stellen van alle gevallen waarin in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 539/2001 vermelde derde landen niet aan het wederkerigheidsbeginsel voldoen, Herinnert eraan dat de Commissie bij Verordening (EG) nr. 851/2005 van de Raad opdracht krijgt om in overleg met de betrokken lidstaten een verslag op te stellen over de wederkerigheid van de visumvrijstelling ten aanzien van de betrokken derde landen, Herinnert eraan dat de Commissie dat verslag op 11 januari 2006 bij de Raad heeft ingediend .
erinnert daran, dass in dem am 4./5. November 2004 vom Europäischen Rat angenommenen Haager Programm eine umfassende gegenseitige Befreiung von der Visumpflicht als wesentlicher Aspekt der EU-Visumpolitik zur Erleichterung des legalen Reisens anerkannt und die Kommission dazu aufgerufen wird, ihre Bemühungen fortzusetzen, damit so rasch wie möglich die Bürger aller Mitgliedstaaten ohne Kurzaufenthaltsvisum in alle Drittländer reisen können, deren Staatsangehörige ohne Visum in die EU reisen dürfen; erinnert daran, dass er die Verordnung (EG) Nr. 851/2005 des Rates zur Änderung der Verordnung (EG) Nr. 539/2001 des Rates in Bezug auf den Gegenseitigkeitsmechanismus angenommen hat, die am 24. Juni 2005 in Kraft getreten ist ; weist darauf hin, dass die Mitgliedstaaten nach Artikel 2 der Verordnung (EG) Nr. 851/2005 des Rates verpflichtet sind, dem Rat und der Kommission jede Nichtbeachtung des Grundsatzes der Gegenseitigkeit durch ein in Anhang II der Verordnung (EG) Nr. 539/2001 des Rates aufgeführtes Drittland schriftlich mitzuteilen ; erinnert daran, dass die Kommission in der Verordnung (EG) 851/2005 des Rates beauftragt wird, in Absprache mit den betreffenden Mitgliedstaaten einen Bericht über die Gegenseitigkeit bei der Befreiung von der Visumpflicht in Bezug auf die betreffenden Drittländer auszuarbeiten; weist darauf hin, dass die Kommission dem Rat diesen Bericht am 11. Januar 2006 vorgelegt hat –

45. herinnert aan zijn aanbeveling van 12 december 2001 aan de Raad inzake "een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid: veiligheid op de vergaderingen van de Europese Raad en andere vergelijkbare evenementen" , en verzoekt de lidstaten om een disproportionele aanwending van geweld te voorkomen en de nationale politiemachten de instructie gegeven om hun geweldaanwending onder controle te houden en de rechten van de individu te beschermen, zelfs wanneer men te maken heeft met verwarde situaties waarbij menigten betrokken zijn, waarin gewelddadige wetsovertreders zich onder vreedzame, wetsgetrouwe burgers hebben gemengd; is van oordeel dat het voor de nationale politiemachten verplicht zou moeten zijn het gebruik van vuurwapens te vermijden en te voldoen aan de VN-aanbeveling inzake proportionele geweldsaanwending en de ethische gedragscode van de Raad van Europa voor wetshandhaving; merkt in het bijzonder op dat het Europees Parlement, wat de ongeregeldheden in Genua in juni 2001 betreft, met buitengewone aandacht zal blijven het verloop zal volgen van het administratieve, gerechtelijke en parlementaire onderzoek dat in Italië op gang is gebracht om na te gaan of er bij die gelegenheid sprake is geweest van onmenselijke of de vernederende behandeling of bestraffing (art. 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie);
45. erinnert an seine Empfehlung vom 12. Dezember 2001 an den Rat zum Raum der Freiheit, der Sicherheit und des Rechts: Sicherheit der Tagungen des Europäischen Rates und anderer Veranstaltungen von vergleichbarer Tragweite , und empfiehlt den Mitgliedstaaten, einen unverhältnismäßigen Einsatz von Gewalt zu vermeiden und die nationalen Polizeikräfte anzuweisen, Gewalt zu kontrollieren und die Rechte des Einzelnen zu wahren, selbst bei Massenaufläufen, in denen sich gewalttätige Gesetzesbrecher mit friedvollen gesetzestreuen Bürgern vermischen; vertritt die Ansicht, dass den nationalen Polizeikräften zur Auflage gemacht werden sollte, den Waffengebrauch zu vermeiden und die Empfehlung der UNO über einen verhältnismäßigen Einsatz von Gewalt und den Ethikcode des Europarats für Vollstreckungsmaßnahmen zu befolgen; stellt insbesondere fest, dass das Parlament im Zusammenhang mit den Unruhen in Genua im Juli 2001 die Maßnahmen im Anschluss an die in Italien eingeleiteten administrativen, gerichtlichen und parlamentarischen Untersuchungen weiter besonders aufmerksam verfolgen wird, um festzustellen, ob es dabei zu unmenschlichen oder erniedrigenden Strafen oder Behandlungen (Artikel 4 der Charta der Grundrechte der Europäischen Union) gekommen ist;

De Raad nam op 11 juni 2001 een gemeenschappelijk standpunt aan, waarin de EU en haar lidstaten zich ertoe hebben verbonden steun te verlenen aan de spoedige totstandbrenging en de goede werking van het Hof.
Der Rat hat am 11. Juni 2001 einen gemeinsamen Standpunkt festgelegt, in dem sich die EU und ihre Mitgliedstaaten verpflichtet haben, sich für die baldige Einrichtung und das reibungslose Arbeiten des Gerichtshofs einzusetzen.

Op 14 juni 2001 nam het Parlement in tweede lezing 20 amendementen aan, waarin het nogmaals aandrong op automatische opneming van de zelfstandige bestuurders, en wel drie jaar na de omzetting van de richtlijn in het nationale recht, zonder een rapport van de Commissie af te wachten.
Das Parlament nahm in zweiter Lesung am 14. Juni 2001 20 Abänderungen an, in denen es auf der automatischen Einbeziehung selbstständiger Kraftfahrer drei Jahre nach Umsetzung der Richtlinie in nationales Recht ohne einen vorherigen Bericht der Kommission bestand.

HERINNEREND aan de resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 26 februari 2001 over de versterking van de capaciteit van de Europese Unie op het gebied van civiele bescherming, waarin nogmaals wordt beklemtoond dat de samenwerking tussen de scholen en opleidingscentra die in de lidstaten actief zijn op het gebied van de civiele bescherming, moet worden geïntensiveerd;
UNTER HINWEIS AUF die Entschließung des Rates und der im Rat vereinigten Vertreter der Regierungen der Mitgliedstaaten vom 26. Februar 2001 zur Stärkung der Handlungsmöglichkeiten der Europäischen Union im Bereich des Katastrophenschutzes , in der wiederholt wurde, dass die Zusammenarbeit zwischen Schulen und nationalen Ausbildungszentren, die im Bereich des Katastrophenschutzes tätig sind, schneller ausgebaut werden sollte;

1. HERINNEREND aan de resolutie van de Raad van 18 november 1999 betreffende de bevordering van de geestelijke gezondheid , waarin de Commissie onder meer werd verzocht zich te beraden over de integratie van de activiteiten inzake geestelijke gezondheid in toekomstige actieprogramma's op het gebied van de volksgezondheid, de resolutie van de Raad van 29 juni 2000 inzake maatregelen op het gebied van gezondheidsdeterminanten , de conclusies van de Raad van 5 juni 2001 inzake een strategie van de Gemeenschap ter beperking van aan alcohol gerelateerde schade waarin onder andere gewezen wordt op het nauwe verband tussen alcoholmisbruik, sociale uitsluiting en geestesziekten, en de conclusies van de Raad van 15 november 2001 over de bestrijding van met stress en depressie samenhangende problemen , waarin de lidstaten onder meer werd verzocht maatregelen te nemen om in de eerstelijnszorg- en andere gezondheidsdiensten, en bij de sociale diensten de kennis over de bevordering van de geestelijke gezondheid en de voorkoming van met stress en depressie samenhangende problemen te verbeteren;
UNTER HINWEIS auf die Entschließung des Rates vom 18. November 1999 zur Förderung der psychischen Gesundheit , in der die Kommission unter anderem aufgefordert wird, die Möglichkeit zu prüfen, dass Tätigkeiten im Bereich der psychischen Gesundheit in künftige Aktionsprogramme für die öffentliche Gesundheit aufgenommen werden, die Entschließung des Rates vom 29. Juni 2000 zu Maßnahmen im Bereich der gesundheitsrelevanten Faktoren , die Schlussfolgerungen des Rates vom 5. Juni 2001 zu einer Gemeinschaftsstrategie zur Minderung der schädlichen Wirkungen des Alkohols , in denen unter anderem der enge Zusammenhang zwischen Alkoholmissbrauch, sozialer Ausgrenzung und psychischen Erkrankungen hervorgehoben wird, sowie die Schlussfolgerungen des Rates vom 15. November 2001 zur Bekämpfung von stress- und depressionsbedingten Problemen , in denen die Mitgliedstaaten unter anderem ersucht werden, Maßnahmen zur Verbesserung der Kenntnisse über die Förderung der psychischen Gesundheit bei der grundlegenden Gesundheitsfürsorge und anderen Diensten des Gesundheitswesens sowie bei den Sozialdiensten zu ergreifen;