32. stelt vast dat procedures krachtens artikel 228 van het EG-Verdrag sinds de inwerkingtreding daarvan slechts in drie gevallen hebben geleid tot een arrest van het Hof van Justitie; is verheugd over de mededeling van de Commissie over de toepassing van artikel 228 van het EG-Verdrag (SEC(2005)1658) van 14 december 2005 die het beleid van de Commissie verduidelijkt en verder ontwikkelt door het Hof van Justitie te verzoeken een periodieke betaling en de betaling van een forfaitaire som op te leggen aan lidstaten die het arrest van het Hof niet naleven;
32. stellt fest, dass das Verfahren nach Artikel 228 EGV seit seinem Bestehen nur in drei Fällen zu Urteilen des Gerichtshofs geführt hat; begrüßt die Mitteilung der Kommission über die Anwendung von Artikel 228 EG-Vertrag (SEK(2005)1658) vom 14. Dezember 2005, in der die Kommission die Konzeption erläutert und weiterentwickelt, auf deren Grundlage sie beim Gerichtshof die Verhängung von Zwangsgeldern und Pauschalbeträgen gegen Mitgliedstaaten beantragt, die Urteilen des Gerichtshofs nicht nachkommen;