4. In geval van interoperabele instrumenten stelt elk systeem in zijn eigen regels het tijdstip van invoering in het systeem vast om ervoor te zorgen dat de regels van alle systemen die deelnemen aan het interoperabele instrument in dit opzicht zo veel mogelijk worden gecoördineerd.
4. Bei interoperablen Regelungen legt jedes System seine eigenen Regeln bezüglich des Zeitpunkts des Einbringens in das betreffende System fest, damit innerhalb einer interoperablen Regelung eine weitestmögliche Abstimmung der Regeln aller teilnehmenden Systeme sichergestellt wird.