Traduction de «informele vormen gezien het complementaire karakter ervan » (Néerlandais → Allemand) :

overwegende dat „onderwijs en opleiding” hierna moet worden beschouwd als verwijzing naar alle formele, niet-formele en informele vormen, gezien het complementaire karakter ervan in het kader van de overgang naar een cognitieve samenleving en de rol ervan voor het aanpakken van specifieke doelgroepen, om de inclusie te faciliteren van mensen met minder onderwijskansen.
in der Erwägung, dass alle nachfolgenden Bezüge auf „allgemeine und berufliche Bildung“ so verstanden werden sollten, dass sie formale, nichtformale und informelle Bildungsformen umfassen, da sich diese Formen beim Übergang zu einer kognitiven Gesellschaft und in ihrer Rolle, konkrete Zielgruppen anzusprechen, gegenseitig ergänzen und somit die Inklusion von Menschen mit geringeren Bildungschancen erleichtern.

56. benadrukt dat de werkzaamheden van de EU en de OESO op dit gebied complementair zijn; is van mening dat de EU, gezien haar mate van integratie, verder moet gaan dan de BEPS-voorstellen wat betreft coördinatie en convergentie ter voorkoming van alle vormen van schadelijke belastingconcurrentie op de interne markt; is ervan overtuigd dat de EU, zonder dat haar concurrentievermogen eronder hoeft te lijden, doeltreffendere instrumenten kan ontwikkelen om toe te zien op eerlijke belastingconcurrentie en het recht van de lidstaten om effectief belasting te heffen op winsten die op hun grondgebied worden gegenereerd;
56. betont, dass sich die Tätigkeiten von EU und OECD in diesem Bereich ergänzen; ist der Ansicht, dass die EU angesichts ihres Integrationsgrades in den Fragen der Koordination und Konvergenz, mit der alle Formen schädlichen Steuerwettbewerbs im Binnenmarkt unterbunden werden sollten, über die BEPS-Vorschläge hinausgehen muss; ist davon überzeugt, dass die EU zwar dafür sorgt, dass ihre Wettbewerbsfähigkeit nicht beeinträchtigt wird, jedoch wirksamere Instrumente schaffen könnte, um fairen Steuerwettbewerb sicherzustellen und das Recht der Mitgliedstaaten zu wahren, wirksame Steuern auf in ihrem Hoheitsgebiet erwirtschaftete Gewinne zu erheben;