Bij het bepalen van de toewijzing per afdeling is gekeken naar de mate waarin de gedecentraliseerde beheersstelsels van de huidige kandidaat-lidstaten voor de implementatie van de afde
lingen III, IV en V gereed zijn en naar de behoefte aan financiering voor afdeling II, voor z
over die betrekking heeft op grensoverschrijdende samenwerking met lidstaten, omdat die moet overeenstemmen met de f
inanciering uit het Europees Fonds voo ...[+++]r Regionale Ontwikkeling via rubriek 1b.
Die Aufteilung der Mittel auf die einzelnen Komponenten erfolgte entsprechend der Leistungsfähigkeit der für die Durchführung der Komponenten III, IV und V erforderlichen dezentralen Verwaltungssysteme in den gegenwärtigen Kandidatenländern. Ferner wurde berücksichtigt, dass die Dotierung der Komponente II, die sich auf die grenzüberschreitende Zusammenarbeit mit den Mitgliedstaaten bezieht, mit der entsprechenden EFRE-Dotierung aus Rubrik 1b übereinstimmen muss.