Voor elke standplaats wordt het theoretische aantal dagen waarmee de datum van vankrachtwording moet worden vervroegd om dit overeenkomstige verlies te bewerkstelligen, aan de hand van de hierna volgende formule vastgesteld:
Für jeden Dienstort wird gemäß nachstehender Formel die theoretische Anzahl von Tagen ermittelt, um die der Beginn der Anwendung vorverlegt werden müsste, damit diese Entsprechung der Kaufkraftverluste gegeben ist:
