Vertaling van "externe veiligheid vraagt " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

externe veiligheid
äußere Sicherheit

gemeenschappelijke ruimte van externe veiligheid
gemeinsamer Raum der äußeren Sicherheit

strategie voor de externe dimensie van JBZ: vrijheid, veiligheid en recht op mondiaal niveau
Aussenstrategie | Strategie für die Außenbeziehungen | Strategie für die externe Dimension der JI-Politik: Freiheit, Sicherheit und Recht im globalen Maßstab

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

42. moedigt nauwe samenwerking tussen het agentschap en de Commissie om de capaciteiten voor tweeërlei gebruik te versterken teneinde de uitgebreidste benadering van met de veiligheid verband houdend onderzoek te vinden en de synergievoordelen te benutten van civiel-militaire middelen, in het bijzonder middels het veiligheidsthema uit het kaderprogramma voor onderzoek en technische ontwikkeling; is in dit verband ook verheugd over de doelstelling van het achtste kaderprogramma, dat ondermeer gericht zal zijn op de externe veiligheid; vraagt de Commissie om de realiteit van de civiel-militaire aard van crisisbeheer te onderkennen en de financiering met communautaire middelen te overwegen van veiligheids- en defensieonderzoek dat civiele toepassingen heeft; merkt evenwel op dat deze samenwerking niet verder dient te gaan dan hetgeen nodig is in het kader van civiel-militaire samenwerking op gebied van vredeshandhaving, conflictpreventie en versterking van de internationale veiligheid, alsmede crisisbeheersingsactiviteiten;
42. fordert eine enge Zusammenarbeit zwischen der Agentur und der Kommission zur Stärkung der Fähigkeiten mit doppeltem Verwendungszweck, um den umfassendsten Ansatz für die sicherheitsbezogene Forschung zu finden und Synergieeffekte bei der Verwaltung zivil-militärischer Ressourcen zu fördern, insbesondere im Rahmen des Themenbereichs „Sicherheit“ des Rahmenprogramms für Forschung und technologische Entwicklung; begrüßt daher, dass sich das Achte Rahmenprogramm voraussichtlich auch mit der äußeren Sicherheit befassen wird; fordert die Kommission auf, den zivil-militärischen Charakter der Krisenbewältigung anzuerkennen und die Finanzierung der Forschung im Bereich Sicherheit und Verteidigung mit zivilen Anwendungen aus Gemeinschaftsmitteln in Betracht zu ziehen; stellt allerdings fest, dass diese Zusammenarbeit nicht über das hinausgehen sollte, was für die zivil-militärische Zusammenarbeit in den Bereichen Friedenserhaltung, Konfliktverhütung, Stärkung der internationalen Sicherheit und Krisenbewältigung notwendig ist;

28. wijst erop dat grenzen geen belemmering vormen voor de georganiseerde criminaliteit; acht het derhalve noodzakelijk ook de externe dimensie van het fenomeen te integreren in het Europese kader ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit; merkt op dat het van belang is de Europese Dienst voor extern optreden en het gemeenschappelijk Situatiecentrum (Sitcen) hier meer bij te betrekken; vraagt de Europese Commissie steeds effectiever vorm te geven aan de samenwerkingsovereenkomsten op justitieel en onderzoeksgebied met derde landen ter bestrijding van de grensoverschrijdende criminaliteit, en deze constant bij te werken; verlangt bovendien dat bij de opstelling van dergelijke overeenkomsten voldoende rekening wordt gehouden met de specifieke dreigingen die uitgaan van de georganiseerde criminaliteit in de afzonderlijke landen voor de interne en externe veiligheid van de Europese Unie; vraagt Europol om frequentere en meer gedetailleerde analyses van niet-Europese criminele organisaties te verrichten waarvan de activiteiten een directe of indirecte weerslag hebben op de Europese Unie; is van mening dat de handhaving en intensivering van het engagement van de Europese Unie en de internationale instellingen in de Balkanregio essentieel is, met name gelet op maatregelen ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit; vraagt de Europese Commissie om in samenwerking met Europol een gemeenschappelijk project met Interpol op te zetten ter ondersteuning van de oprichting en uitvoering van een regionaal systeem voor uitwisseling van politiële en justitiële informatie met West-Afrika, en daarbij de noodzakelijke knowhow en middelen, ook op het gebied van opleiding en follow-up, ter beschikking te stellen aan de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse staten;
28. weist darauf hin, dass für die organisierte Kriminalität Grenzen kein Hindernis darstellen; hält es folglich für erforderlich, die externe Dimension des Phänomens in den europäischen Rahmen zur Bekämpfung der organisierten Kriminalität zu integrieren; stellt fest, dass es hierbei wichtig ist, den Europäischen Auswärtigen Dienst und das Gemeinsame Lagezentrum (SitCen) stärker einzubeziehen; fordert, dass die Kommission die Abkommen mit Drittländern über die justizielle und ermittlungsbehördliche Zusammenarbeit zur Bekämpfung der internationalen organisierten Kriminalität zunehmend effektiver gestaltet und sie ständig aktualisiert; fordert des Weiteren bei der Ausarbeitung solcher Abkommen einen Ansatz, der den – mit den jeweiligen Gegebenheiten der einzelnen Drittländer verbundenen – Besonderheiten des von der organisierten Kriminalität für die innere und äußere Sicherheit der Europäischen Union ausgehenden Bedrohungspotenzials gebührend berücksichtigt; fordert seitens Europol immer häufigere und präzisere regelmäßige Analysen über nicht europäische kriminelle Organisationen, deren Tätigkeiten mittelbar oder unmittelbar Auswirkungen auf die Europäische Union haben; erachtet es als vorrangig, dass die Europäische Union und die internationalen Institutionen ihre Anstrengungen in der Balkanregion, insbesondere in Bezug auf die Frage der Bekämpfung der organisierten Kriminalität, verstärkt fortsetzen; fordert, dass die Europäische Kommission in Zusammenarbeit mit Europol ein gemeinsames Projekt mit Interpol zur Förderung der Einrichtung und Anwendung eines regionalen Systems für den Austausch polizeilicher und justizieller Informationen mit Westafrika entwickelt und der Wirtschaftsgemeinschaft der westafrikanischen Staaten das Know-how und die nötigen Mittel, unter anderem in den Bereichen Ausbildung und Follow-up, bereitstellt;

29. wijst erop dat grenzen geen belemmering vormen voor de georganiseerde criminaliteit; acht het derhalve noodzakelijk ook de externe dimensie van het fenomeen te integreren in het Europese kader ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit; merkt op dat het van belang is de Europese Dienst voor extern optreden en het gemeenschappelijk Situatiecentrum (Sitcen) hier meer bij te betrekken; vraagt de Europese Commissie steeds effectiever vorm te geven aan de samenwerkingsovereenkomsten op justitieel en onderzoeksgebied met derde landen ter bestrijding van de grensoverschrijdende criminaliteit, en deze constant bij te werken; verlangt bovendien dat bij de opstelling van dergelijke overeenkomsten voldoende rekening wordt gehouden met de specifieke dreigingen die uitgaan van de georganiseerde criminaliteit in de afzonderlijke landen voor de interne en externe veiligheid van de Europese Unie; vraagt Europol om frequentere en meer gedetailleerde analyses van niet-Europese criminele organisaties te verrichten waarvan de activiteiten een directe of indirecte weerslag hebben op de Europese Unie; is van mening dat de handhaving en intensivering van het engagement van de Europese Unie en de internationale instellingen in de Balkanregio essentieel is, met name gelet op maatregelen ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit; vraagt de Europese Commissie om in samenwerking met Europol een gemeenschappelijk project met Interpol op te zetten ter ondersteuning van de oprichting en uitvoering van een regionaal systeem voor uitwisseling van politiële en justitiële informatie met West-Afrika, en daarbij de noodzakelijke knowhow en middelen, ook op het gebied van opleiding en follow-up, ter beschikking te stellen aan de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse staten;
29. weist darauf hin, dass für die organisierte Kriminalität Grenzen kein Hindernis darstellen; hält es folglich für erforderlich, die externe Dimension des Phänomens in den europäischen Rahmen zur Bekämpfung der organisierten Kriminalität zu integrieren; stellt fest, dass es hierbei wichtig ist, den Europäischen Auswärtigen Dienst und das Gemeinsame Lagezentrum (SitCen) stärker einzubeziehen; fordert, dass die Kommission die Abkommen mit Drittländern über die justizielle und ermittlungsbehördliche Zusammenarbeit zur Bekämpfung der internationalen organisierten Kriminalität zunehmend effektiver gestaltet und sie ständig aktualisiert; fordert des Weiteren bei der Ausarbeitung solcher Abkommen einen Ansatz, der den – mit den jeweiligen Gegebenheiten der einzelnen Drittländer verbundenen – Besonderheiten des von der organisierten Kriminalität für die innere und äußere Sicherheit der Europäischen Union ausgehenden Bedrohungspotenzials gebührend berücksichtigt; fordert seitens Europol immer häufigere und präzisere regelmäßige Analysen über nicht europäische kriminelle Organisationen, deren Tätigkeiten mittelbar oder unmittelbar Auswirkungen auf die Europäische Union haben; erachtet es als vorrangig, dass die Europäische Union und die internationalen Institutionen ihre Anstrengungen in der Balkanregion, insbesondere in Bezug auf die Frage der Bekämpfung der organisierten Kriminalität, verstärkt fortsetzen; fordert, dass die Europäische Kommission in Zusammenarbeit mit Europol ein gemeinsames Projekt mit Interpol zur Förderung der Einrichtung und Anwendung eines regionalen Systems für den Austausch polizeilicher und justizieller Informationen mit Westafrika entwickelt und der Wirtschaftsgemeinschaft der westafrikanischen Staaten das Know-how und die nötigen Mittel, unter anderem in den Bereichen Ausbildung und Follow-up, bereitstellt;

29. hecht belang aan de grondige evaluatie van het beveiligingsbeleid die door het Bureau is aangekondigd en herinnert in verband hiermee aan het feit dat het gehecht is aan een voorzichtig gebruik van de middelen en met name aan een kostenefficiënt evenwicht tussen intern personeel en externe medewerkers; vraagt het Bureau de operationele en financiële gevolgen van een nieuwe strategie grondig te onderzoeken, om in de voorstellen die zullen worden gedaan tot een goed evenwicht te komen tussen veiligheid enerzijds en toegankelijkheid en openheid anderzijds; wijst er met klem op dat het Parlement een zo open en toegankelijk mogelijke instelling moet blijven; wenst daarom meer informatie te ontvangen van de administratie over het zgn. „Wiertzproject”, opdat het de gevolgen daarvan voor de toegankelijkheid van het Parlement voor het publiek kan beoordelen;
29. misst der vom Präsidium angekündigten eingehenden Überprüfung der Sicherheitspolitik große Bedeutung bei und verweist in dieser Hinsicht auf sein Eintreten für einen umsichtigen Einsatz der Mittel und insbesondere einen kostenwirksamen Ausgleich zwischen internen und externen Bediensteten; fordert das Präsidium auf, die operationellen und finanziellen Auswirkungen einer neuen Strategie sorgfältig zu prüfen und darauf abzuzielen, bei den zu formulierenden Vorschlägen eine gute Ausgewogenheit zwischen Sicherheitsbelangen auf der einen Seite und Zugänglichkeit und Offenheit auf der anderen Seite herzustellen; unterstreicht, dass das Parlament so weit wie möglich eine offene und zugängliche Institution bleiben sollte; wünscht aus diesem Grund von der Verwaltung mehr Informationen über das sogenannte „Wiertz-Projekt“, um dessen Auswirkungen auf die Zugänglichkeit des Parlaments für die Öffentlichkeit zu bewerten;

De Europese Raad vraagt om de opstelling van een actieplan voor de mensenrechten ter bevordering van de waarden van de Unie in de externe dimensie van het beleid inzake justitie, vrijheid en veiligheid.
Der Europäische Rat fordert zur Erarbeitung eines Aktionsplans für Menschenrechte auf, um den Werten der Union im Rahmen der externen Dimension der Politik im Bereich der Freiheit, der Sicherheit und des Rechts Geltung zu verschaffen.