Traduction de «detailhandelsprijs » (Néerlandais → Allemand) :

Kader 2: Evolutie van de gewogen gemiddelde detailhandelsprijs voor elektriciteit voor particuliere en industriële afnemers in de EU tijdens de periode 2008-2012.
Kasten 2: Änderungen der gewichteten durchschnittlichen Endkundenstrompreise für Privathaushalte und gewerbliche Verbraucher in der EU im Zeitraum 2008–2012.

14. betreurt dat uit de op staatssteun gebaseerde regeling voor compensatie van de onrechtstreekse kosten een nieuwe bron van oneerlijke concurrentie op de Europese interne markt is ontstaan tussen de producenten uit de elektriciteitsintensieve sectoren, waarvan sommigen financiële steun van hun overheid ontvangen; hamert erop dat deze compensatie op Europees niveau moet worden geharmoniseerd en, in voorkomend geval, uitgevoerd, teneinde te zorgen voor een gelijk speelveld met de mondiale concurrenten en tussen Europese producenten, en doeltreffende bescherming te bieden tegen koolstoflekkage; wijst erop dat dit met name geldt voor de zes niet-ferrometalen die verhandeld worden tegen prijzen die via vraag en aanbod op de wereldmarkten, in het bijzonder de London Metal Exchange, tot stand komen; realiseert zich in dit verband dat de producenten van basismetalen 'prijsnemers' zijn, die hogere kosten niet aan hun klanten kunnen doorberekenen; concludeert dat de compensaties voor indirecte emissies moeten worden gehandhaafd; verwijst naar de overeenkomst betreffende de instelling en werking van een marktstabiliteitsreserve, waarin staat: "Rekening houdend met het doel van een gelijk speelveld moet bij die evaluatie ook een geharmoniseerde regeling worden overwogen om indirecte kosten op het niveau van de Unie te compenseren" ; verwijst in verband hiermee naar Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag , alsmede aan de artikelen 107 en 108 van het VWEU; verzoekt de Commissie te onderzoeken wat de gevolgen van de verschillende steunregelingen voor energie zijn op de detailhandelsprijs van energie, waarvan een indirecte invloed op het concurrentievermogen van energie-intensieve industrieën in de afzonderlijke lidstaten uitgaat;
14. bedauert, dass durch das auf staatlichen Beihilfen basierende System zum Ausgleich indirekter Kosten eine neue Art von Wettbewerbsverzerrungen zwischen den stromintensiven Herstellern am EU-Binnenmarkt, von denen einige staatliche Beihilfen erhalten, entstanden ist; fordert nachdrücklich, dass dieser Ausgleich vereinheitlicht und gegebenenfalls auf EU-Ebene gewährt wird, damit im Wettbewerb mit internationalen Mitbewerbern sowie zwischen EU-Herstellern gleiche Ausgangsbedingungen herrschen und die Verlagerung von CO2 -Emissionen wirksam verhindert wird; weist darauf hin, dass dies vor allem für die sechs Nichteisenmetalle gilt, die zu Preisen gehandelt werden, die von Angebot und Nachfrage auf dem Weltmarkt abhängen und zumeist an der Londoner Börse festgelegt werden; weist darauf hin, dass die Hersteller unedler Metalle die Preise demnach hinnehmen müssen und steigende Kosten nicht an ihre Kunden weitergeben können; gelangt zu dem Schluss, dass der Ausgleich für indirekte Emissionen unbedingt beibehalten werden muss; weist auf den Beschluss über die Einrichtung und Anwendung einer Marktstabilitätsreserve hin, wonach „das Ziel in der Schaffung gleicher Wettbewerbsbedingungen besteht“, weshalb „im Zuge dieser Überprüfung auch harmonisierte Vereinbarungen in Erwägung gezogen werden, mit denen ein Ausgleich für auf EU-Ebene entstehende indirekte Kosten geschaffen wird“ ; verweist diesbezüglich auf die Verordnung (EG) Nr. 1/2003 des Rates zur Durchführung der in den Artikeln 81 und 82 des Vertrags niedergelegten Wettbewerbsregeln sowie auf die Artikel 107 und 108 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union, in denen staatliche Beihilfen geregelt werden; fordert die Kommission auf zu prüfen, wie sich die verschiedenen Energieförderprogramme auf die Endkundenenergiepreise auswirken, die sich in bestimmten Mitgliedstaaten direkt auf die Wettbewerbsfähigkeit energieintensiver Wirtschaftszweige auswirken;

17. betreurt dat uit de op staatssteun gebaseerde regeling voor compensatie van de onrechtstreekse kosten een nieuwe bron van oneerlijke concurrentie op de Europese interne markt is ontstaan tussen de producenten uit de elektriciteitsintensieve sectoren, waarvan sommigen financiële steun van hun overheid ontvangen; hamert erop dat deze compensatie op Europees niveau moet worden geharmoniseerd en, in voorkomend geval, uitgevoerd, teneinde te zorgen voor een gelijk speelveld met de mondiale concurrenten en tussen Europese producenten, en doeltreffende bescherming te bieden tegen koolstoflekkage; wijst erop dat dit met name geldt voor de zes niet-ferrometalen die verhandeld worden tegen prijzen die via vraag en aanbod op de wereldmarkten, in het bijzonder de London Metal Exchange, tot stand komen; realiseert zich in dit verband dat de producenten van basismetalen 'prijsnemers' zijn, die hogere kosten niet aan hun klanten kunnen doorberekenen; concludeert dat de compensaties voor indirecte emissies moeten worden gehandhaafd; verwijst naar de overeenkomst betreffende de instelling en werking van een marktstabiliteitsreserve (2014/0011/COD), waarin staat: "Rekening houdend met het doel van een gelijk speelveld moet bij die evaluatie ook een geharmoniseerde regeling worden overwogen om indirecte kosten op het niveau van de Unie te compenseren"; verwijst in verband hiermee naar Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag, alsmede aan de artikelen 107 en 108 van het VWEU; verzoekt de Commissie te onderzoeken wat de gevolgen van de verschillende steunregelingen voor energie zijn op de detailhandelsprijs van energie, waarvan een indirecte invloed op het concurrentievermogen van energie-intensieve industrieën in de afzonderlijke lidstaten uitgaat;
17. bedauert, dass durch das auf staatlichen Beihilfen basierende System zum Ausgleich indirekter Kosten eine neue Art von Wettbewerbsverzerrungen zwischen den stromintensiven Herstellern am EU-Binnenmarkt, von denen einige staatliche Beihilfen erhalten, entstanden ist; fordert nachdrücklich, dass dieser Ausgleich vereinheitlicht und gegebenenfalls auf EU-Ebene gewährt wird, damit im Wettbewerb mit internationalen Mitbewerbern sowie zwischen EU-Herstellern gleiche Ausgangsbedingungen herrschen und die Verlagerung von CO2-Emissionen wirksam verhindert wird; weist darauf hin, dass dies vor allem für die sechs Nichteisenmetalle gilt, die zu Preisen gehandelt werden, die von Angebot und Nachfrage auf dem Weltmarkt abhängen und zumeist an der Londoner Börse festgelegt werden; weist darauf hin, dass die Hersteller unedler Metalle die Preise demnach hinnehmen müssen und steigende Kosten nicht an ihre Kunden weitergeben können; gelangt zu dem Schluss, dass der Ausgleich für indirekte Emissionen unbedingt beibehalten werden muss; weist auf den Beschluss über die Einrichtung und Anwendung einer Marktstabilitätsreserve (2014/0011/COD) hin, wonach „das Ziel in der Schaffung gleicher Wettbewerbsbedingungen besteht“, weshalb „im Zuge dieser Überprüfung auch harmonisierte Vereinbarungen in Erwägung gezogen werden, mit denen ein Ausgleich für auf EU-Ebene entstehende indirekte Kosten geschaffen wird“; verweist diesbezüglich auf die Verordnung (EG) Nr. 1/2003 des Rates zur Durchführung der in den Artikeln 81 und 82 des Vertrags niedergelegten Wettbewerbsregeln sowie auf die Artikel 107 und 108 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union, in denen staatliche Beihilfen geregelt werden; fordert die Kommission auf zu prüfen, wie sich die verschiedenen Energieförderprogramme auf die Endkundenenergiepreise auswirken, die sich in bestimmten Mitgliedstaaten direkt auf die Wettbewerbsfähigkeit energieintensiver Wirtschaftszweige auswirken;

Deze vergoedingen zouden niet op de schouders van de consument mogen terechtkomen en mogen bijgevolg geen invloed hebben op de detailhandelsprijs van een product.
Diese Gebühren sollten nicht zu Lasten der Verbraucher gehen und sollten sich daher nicht auf den Einzelhandelspreis auswirken.

Voor de toepassing van bovenstaand punt 4, onder b), wordt onder de „aangenomen elektriciteitsprijs” verstaan: de gemiddelde detailhandelsprijs voor elektriciteit die in de lidstaat van toepassing is voor ondernemingen met een vergelijkbaar niveau van elektriciteitsverbruik in het recentste jaar waarvoor gegevens beschikbaar zijn.
Für die Zwecke der Randnummer (4)(b) entspricht der angenommene Strompreis dem in dem Mitgliedstaat anwendbaren durchschnittlichen Endkundenstrompreis für Unternehmen mit einem ähnlichen Stromverbrauch in dem letzten Jahr, für das Daten verfügbar sind.

De medewerking van de in de steekproef opgenomen importeurs was derhalve onvoldoende om vast te kunnen stellen in welke mate de toeleveringsketen in de Unie in staat zou zijn om het voorgestelde antidumpingrecht te absorberen, en bijgevolg in welke mate dat recht in de detailhandelsprijs, en dus aan de consument, zou worden doorberekend.
Daher ließ sich gestützt auf die Mitarbeit der in die Stichprobe einbezogenen Einführer nicht feststellen, inwieweit die EU-Lieferkette den vorgeschlagenen Antidumpingzoll und somit die Auswirkungen eines solchen Zolls auf den Einzelhandelspreis und letztlich auf die Verbraucher absorbieren könnte.

J. overwegende dat consumentenprijzen in Europa gemiddeld vijf keer hoger liggen dan de af-boerderijprijs; dat landbouwers in de Europese Unie vijftig jaar geleden ongeveer de helft van de detailhandelsprijs voor levensmiddelen ontvingen en dat dit aandeel – in combinatie met een duidelijk gestegen verwerkingsgraad van levensmiddelen – thans drastisch is gedaald tot veel lagere niveaus,
J. unter Hinweis darauf, dass die Verbraucherpreise in der Europäischen Union im Durchschnitt fünfmal so hoch sind wie die Ab-Hof-Preise und dass die Landwirte in der Europäischen Union vor fünfzig Jahren etwa die Hälfte des Einzelhandelsverkaufspreises erhielten, während dieser Anteil – einhergehend mit einem deutlich gestiegenen Verarbeitungsgrad der Lebensmittel – gegenwärtig auf ein wesentlich niedrigeres Niveau gefallen ist,

K. overwegende dat consumentenprijzen in Europa gemiddeld vijf keer hoger liggen dan de af-boerderijprijs; dat landbouwers in Europa vijftig jaar geleden ongeveer de helft van de detailhandelsprijs voor levensmiddelen ontvingen en dat dit aandeel – als gevolg van een duidelijk gestegen verwerkingsgraad van levensmiddelen – thans drastisch is gedaald tot veel lagere niveaus,
K. unter Hinweis darauf, dass die Verbraucherpreise in Europa im Durchschnitt fünfmal so hoch sind wie die Ab-Hof-Preise und dass die Landwirte in Europa vor fünfzig Jahren etwa die Hälfte des Einzelhandelsverkaufspreises erhielten, während dieser Anteil – einhergehend mit einem deutlich gestiegenen Verarbeitungsgrad der Lebensmittel – gegenwärtig auf ein wesentlich niedrigeres Niveau gefallen ist,

6) "Schaalvoordelen bij de distributie": Om van schaalvoordelen te profiteren, zodat zijn product tegen een lagere detailhandelsprijs wordt verkocht, kan de producent besluiten de wederverkoop van zijn product aan een beperkt aantal distributeurs toe te vertrouwen.
6. Erzielung von "Größenvorteilen beim Vertrieb": Ein Hersteller, der Größenvorteile erzielen und auf diese Weise den Einzelhandelspreis für sein Produkt senken möchte, ist möglicherweise bestrebt, den Weiterverkauf seiner Produkte nur einer begrenzten Anzahl von Vertriebshändlern zu überlassen.