Dat wil zeggen, de EU-wetgeving is niet van toepassing op kwesties met betrekking tot openbare veiligheid, defensie, staatsveiligheid of de handhaving van het strafrecht en daarnaast hebben lidstaten op grond van het subsidiariteitsbeginsel de mogelijkheid om maatregelen te treffen die het recht van een persoon op privacy beperken, overeenkomstig hun eigen regels en overeenkomstig het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden.
Somit gilt das EU-Recht nicht für Belange in Bezug auf die öffentliche Sicherheit, Verteidigung, Staatssicherheit oder Durchsetzung strafrechtlicher Bestimmungen. Ferner können Mitgliedstaaten nach dem Subsidiaritätsprinzip sowie in Einklang mit ihren eigenen Regelungen und mit der Europäischen Konvention zum Schutz der Menschenrechte und Grundfreiheiten Maßnahmen zur Einschränkung des individuellen Rechts auf Privatsphäre ergreifen.