Wat betreft de vermeende schendingen van de mensenrechten op het grondgebied van lidstaten wil de Raad erop wijzen dat hij alleen op voorstel van een derde van de lidstaten of van de Commissie, en na de instemming van het Europees Parlement te hebben verkregen, kan constateren dat een lidstaat "ernstig en voortdurend" de grondrechten schendt (artikel 7, alinea 2 van het EU-Verdrag).
Zu den angeblichen Verletzungen von Grundrechten auf dem Hoheitsgebiet von Mitgliedstaaten möchte der Rat darauf aufmerksam machen, dass er nur auf Vorschlag eines Drittels der Mitgliedstaaten bzw. der Kommission sowie nach Zustimmung des Europäischen Parlaments handeln kann, da er ansonsten nicht zu der Feststellung befugt ist, dass ein Mitgliedstaat eine „schwerwiegende und anhaltende“ Verletzung von Grundrechten begangen hat (Artikel 7 Absatz 2 EUV).