114. is het volledig met de Rekenkamer eens dat "de lidstaten in eerste aanleg verantwoordelijk [zijn] voor het beheer van verrichtingen en de controle van de uitgaven en voor het verzekeren van de juistheid en wettigheid van de onderliggende transacties met behulp van de door de nationale controle-instanties geverifieerde systemen" (paragraaf 5.7); herinnert zowel de Commissie als de Rekenkamer eraan dat er bij gebrek aan een behoorlijk controletraject voor structurele programma's geen duidelijke en transparante basis kan zijn voor de certificering van uitgaven door de lidstaten;
114. stimmt uneingeschränkt der Feststellung des Hofes zu, dass „in erster Linie die Mitgliedstaaten verantwortlich für die Verwaltung der Maßnahmen und die Kontrolle der Ausgaben sind sowie dafür, dass aufgrund des einwandfreien Funktionierens von Systemen, die von nationalen Prüfstellen überprüft werden, die Rechtmäßigkeit und Ordnungsmäßigkeit der zugrunde liegenden Vorgänge gewährleistet ist“ (Ziffer 5.7); erinnert die Kommission und den Hof daran,
dass es keine verlässliche und transparente Grundlage für die Bescheinigung von Ausgaben durch die Mitgliedstaaten gibt, solange ein geeignetes Prüfungsverfahren für die Strukturprogramme
...[+++] fehlt; 
