31. is van mening dat het externe luchtvaartbeleid volledig moet stroken met het weder
kerigheidsbeginsel, onder meer op punten als markttoegang, openheid en eerlijke mededinging, met gelijke voorwaarden voor iedereen, en dat het twee hoofddoelen moet nastreven, en wel dat het de
consumenten en het bedrijfsleven ten goede moet komen en dat het de luchtvaartmaatschappijen en de luchthavens van de EU hun positie van mondiale markt
leiders moet helpen behouden; ...[+++]
31. ist der Ansicht, dass die Luftfahrtaußenpolitik den Grundsatz der Gegenseitigkeit, einschließlich Marktzugang, Offenheit und fairer Wettbewerb, bei gleichen Wettbewerbsbedingungen in vollem Umfang achten und zwei Hauptziele verfolgen sollte: sie sollte den Verbrauchern und Unternehmen nützen und die Luftfahrtunternehmen und Flughäfen der EU in ihren Bemühungen unterstützen, weiterhin weltweit führend zu bleiben;