Het House of Lords, waarbij hoger beroep werd ingesteld in het geding in het Verenigd Koninkrijk, vraagt het Hof of de verordening de gerechten van een lidstaat belet om een persoon te verbieden om in een andere lidstaat een gerechtelijke procedure in te stellen of voort te zetten op grond dat een dergelijke procedure in strijd is met een arbitragebeding, hoewel arbitrage is uitgesloten van de werkingssfeer van deze verordening.
Das House of Lords, das mit dem Rechtsstreit im Vereinigten Königreich als Rechtsmittelinstanz befasst ist, hat dem Gerichtshof die Frage vorgelegt, ob die Verordnung der Gemeinschaft über die gerichtliche Zuständigkeit es den Gerichten eines Mitgliedstaats untersagt, einer Person die Einleitung oder Fortführung eines gerichtlichen Verfahrens in einem anderen Mitgliedstaat mit der Begründung zu verbieten, dass dieses Verfahren gegen eine Schiedsvereinbarung verstoße, obwohl die Schiedsgerichtsbarkeit vom Anwendungsbereich der Verordnung ausgenommen ist.
