Vertaling van "administratie der douane en accijnzen tegelijkertijd optreedt " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

Nationale Opsporingsdirectie van de Administratie der douane en accijnzen
Nationale Fahndungsdirektion der Zoll- und Akzisenverwaltung

Opsporingsinspectie van de Administratie der douane en accijnzen
Fahndungsinspektion der Zoll- und Akzisenverwaltung

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Krachtens de algemene wet van 18 juli 1977 inzake douane en accijnzen, heeft de Algemene Administratie der douane en accijnzen onder meer de wettelijke opdracht om strafrechtelijke inbreuken op de douane- en accijnswetgeving op te sporen en te onderzoeken.
Aufgrund des Allgemeinen Gesetzes vom 18. Juli 1977 über Zölle und Akzisen hat die Generalverwaltung Zoll und Akzisen unter anderem die gesetzliche Aufgabe, strafrechtliche Verstöße gegen die Zoll- und Akzisengesetzgebung zu ermitteln und zu untersuchen.

Om hen toe te laten hun wettelijke opdrachten uit te oefenen, kunnen de persoonsgegevens en de informatie, volgens de bij richtlijnen van de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie, elk binnen het kader van zijn bevoegdheden, bepaalde nadere regels ook meegedeeld worden aan de volgende organen en diensten : 1° de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, onverminderd artikel 14 van de organieke wet van 30 november 1998 betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten; 2° de Cel voor financiële informatieverwerking; 3° de Dienst vreemdelingenzaken; 4° de onderzoeks- en opsporingsdiensten van de Algemene Administratie der douane en accijnzen.
Nach den in den Richtlinien des Ministers des Innern und des Ministers der Justiz, jeder im Rahmen seiner Zuständigkeit, bestimmten Modalitäten können die personenbezogenen Daten und die Informationen zudem folgenden Organen und Diensten mitgeteilt werden, um ihnen zu ermöglichen, ihre gesetzlichen Aufträge zu erfüllen: 1. den Nachrichten- und Sicherheitsdiensten, unbeschadet des Artikels 14 des Grundlagengesetzes vom 30. November 1998 über die Nachrichten- und Sicherheitsdienste, 2. dem Büro für die Verarbeitung finanzieller Informationen, 3. dem Ausländeramt, 4. den Enqueten- und Ermittlungsdiensten der Allgemeinen Zoll- und Akzisenverwaltung.

De overheden bedoeld in artikel 44/11/9, waaraan een recht van rechtstreekse bevraging van de A.N.G. kan worden verleend, zijn de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, de Cel voor financiële informatieverwerking, de Dienst Vreemdelingenzaken, de onderzoeks- en opsporingsdiensten van de Algemene Administratie der douane en accijnzen en de Belgische openbare overheden, publieke organen of instellingen of instellingen van openbaar nut die door de wet belast zijn met de toepassing van de strafwet of die wettelijke verplichtingen inzake de openbare veiligheid hebben.
Die Behörden im Sinne von Artikel 44/11/9, denen ein Recht der direkten Abfrage der AND erteilt werden kann, sind die Nachrichten- und Sicherheitsdienste, das Büro für die Verarbeitung finanzieller Informationen, das Ausländeramt, die Enqueten- und Ermittlungsdienste der Allgemeinen Zoll- und Akzisenverwaltung und die belgischen öffentlichen Behörden, öffentlichen Organe oder Einrichtungen oder Einrichtungen öffentlichen Interesses, die durch das Gesetz mit der Anwendung des Strafgesetzes beauftragt worden sind oder die gesetzliche Aufträge in Sachen öffentliche Sicherheit haben.

Artikel 44/11/9, § 1, vermeldt de volgende overheden : de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, de Cel voor financiële informatieverwerking, de Dienst Vreemdelingenzaken en de onderzoeks- en opsporingsdiensten van de Algemene Administratie der douane en accijnzen.
In Artikel 44/11/9 § 1 sind die folgenden Behörden angeführt: die Nachrichten- und Sicherheitsdienste, das Büro für die Verarbeitung finanzieller Informationen, das Ausländeramt und die Enqueten- und Ermittlungsdienste der Allgemeinen Zoll- und Akzisenverwaltung.

1) De artikelen 189, 193 tot 197, 222, 263 en 267 tot 285 van het koninklijk besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de algemene bepalingen inzake douane en accijnzen schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij, inzake douane en accijnzen, in een regeling van de strafvordering en van de strafrechtspleging voorzien die verschilt van die van de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, doordat de Administratie der douane en accijnzen tegelijkertijd optreedt in de hoedanigheid van overheid belast met het onderzoek en in de hoedanigheid van vervolgende overheid.
1) Die Artikel 189, 193 bis 197, 222, 263 und 267 bis 285 des königlichen Erlasses vom 18. Juli 1977 zur Koordinierung der allgemeinen Bestimmungen in bezug auf Zoll und Akzisen verstossen nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insoweit sie in bezug auf Zoll und Akzisen eine Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung vorsehen, die sich von der gemeinen Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung unterscheidet, indem die Zoll- und Akzisenverwaltung gleichzeitig als mit der Untersuchung beauftragte Behörde und als verfolgende Behörde auftritt.

De artikelen 267 tot 285 van het koninklijk besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de algemene bepalingen inzake douane en accijnzen schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij, inzake douane en accijnzen, in een regeling van de strafvordering en van de strafrechtspleging voorzien die verschilt van die van de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, doordat de Administratie der douane en accijnzen tegelijkertijd optreedt in de hoedanigheid van overheid belast met het onderzoek en in de hoedanigheid van vervolgende overheid.
Die Artikel 267 bis 285 des königlichen Erlasses vom 18. Juli 1977 zur Koordinierung der allgemeinen Bestimmungen in bezug auf Zoll und Akzisen verstossen nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insoweit sie in bezug auf Zoll und Akzisen eine Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung vorsehen, die sich von der gemeinen Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung unterscheidet, indem die Zoll- und Akzisenverwaltung gleichzeitig als mit der Untersuchung beauftragte Behörde und als verfolgende Behörde auftritt.

De artikelen 263 en 267 tot 285 van het koninklijk besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de algemene bepalingen inzake douane en accijnzen schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij, inzake douane en accijnzen, in een regeling van de strafvordering en van de strafrechtspleging voorzien die verschilt van die van de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, doordat de Administratie der douane en accijnzen tegelijkertijd optreedt in de hoedanigheid van overheid belast met het onderzoek en in de hoedanigheid van vervolgende overheid.
Die Artikel 263 und 267 bis 285 des königlichen Erlasses vom 18. Juli 1977 zur Koordinierung der allgemeinen Bestimmungen in bezug auf Zoll und Akzisen verstossen nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insoweit sie in bezug auf Zoll und Akzisen eine Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung vorsehen, die sich von der gemeinen Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung unterscheidet, indem die Zoll- und Akzisenverwaltung gleichzeitig als mit der Untersuchung beauftragte Behörde und als verfolgende Behörde auftritt.

1) De artikelen 267 tot 285 van het koninklijk besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de algemene bepalingen inzake douane en accijnzen schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij, inzake douane en accijnzen, in een regeling van de strafvordering en van de strafrechtspleging voorzien die verschilt van die van de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, doordat de Administratie der douane en accijnzen tegelijkertijd optreedt in de hoedanigheid van overheid belast met het onderzoek en in de hoedanigheid van vervolgende overheid.
1) Die Artikel 267 bis 285 des königlichen Erlasses vom 18. Juli 1977 zur Koordinierung der allgemeinen Bestimmungen in bezug auf Zoll und Akzisen verstossen nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insoweit sie in bezug auf Zoll und Akzisen eine Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung vorsehen, die sich von der gemeinen Strafverfolgungs- und Strafverfahrensregelung unterscheidet, indem die Zoll- und Akzisenverwaltung gleichzeitig als mit der Untersuchung beauftragte Behörde und als verfolgende Behörde auftritt.

« of het zo is dat de artikelen 267 en volgende A.W.D.A., zijnde hoofdstuk XXV van de algemene wet van 18 juli 1977 inzake douane en accijnzen, alsook artikel 263 A.W.D.A., de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden omdat de strafvordering en de strafrechtspleging inzake douane en accijnzen, in tegenstelling met de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen, geen onafhankelijkheid waarborgen aan de verdachte-geadministreerde, aangezien de Administratie der douane en accijnzen tegelijkertijd fungeert en optreedt als :
« ob die Artikel 267 ff., d.h. Kapitel XXV des allgemeinen Zoll- und Akzisengesetzes vom 18. Juli 1977, sowie Artikel 263 dieses Gesetzes gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstossen, weil die Strafverfolgung und das Strafverfahren in bezug auf Zoll und Akzisen - im Gegensatz zur Strafverfolgung und zum Strafverfahren im allgemeinen - dem Beschuldigten in seinem Verhältnis zur Verwaltung keine Unabhängigkeit gewährleisten, da die Zoll- und Akzisenverwaltung gleichzeitig auftritt als

66. is verheugd over de huidige herziening van de bestaande civiele GVDB-concepten: neemt in het bijzonder kennis van het feit dat de rechtsstaat zal worden gezien als een centraal concept voor civiele missies waaronder politie, justitie, civiele administratie, douane, grensbewaking en andere relevante sectoren vallen, waarvan de planners en deskundigen ter plekke kunnen profiteren bij de opzet en uitvoering van missies en de versterking en/of vervanging van (uitvoerende) taken; hecht zijn goedkeuring aan de lopende werkzaamheden voor de ontwikkeling van het concept van justitiële GVDB-missies en herinnert tegelijkertijd aan de noodzaak onnodige overlappingen met eventuele communautaire programma te vermijden; vraagt in verband hiermee dat de HV/VV het Europees Parlement snel gedetailleerde informatie verstrekt over het beroep dat in het kader van GVDB- en GBVB-missies wordt gedaan op particuliere militaire en beveiligingsondernemingen, met een specificering van de professionele vereisten en de bedrijfsnormen waaraan de contractanten moeten voldoen, de toepasselijke regelingen en wettelijke aansprakelijkheden en verplichtingen, de controlemechanismen, de beoordeling van de doeltreffendheid en de gemaakte kosten;
66. begrüßt die derzeitige Überarbeitung der bestehenden zivilen GSVP-Konzepte; stellt insbesondere fest, dass die Rechtsstaatlichkeit als ein zentrales Konzept für zivile Missionen angesehen werden wird, die die Bereiche Polizei, Justiz, zivile Verwaltung, Zoll, Grenzüberwachung und andere relevante Bereiche zur Unterstützung der Planer und Experten vor Ort bei der Vorbereitung und Durchführung von Missionen mit Stärkungs- und/oder Exekutiv-/Substituierungsaufgaben umfassen; billigt die laufenden Arbeiten zur Entwicklung des Konzepts einer GSVP-Justizmission; weist jedoch darauf hin, dass unnütze Überschneidungen möglicher Gemeinschaftsprogramme vermieden werden müssen; fordert vor diesem Hintergrund, dass die HV/VP dem Europäischen Parlament dringend detaillierte Informationen über die Untervertragnahme privater Sicherheits- und Militärdienstleister (PMSC) im Zusammenhang mit GSVP- und GASP-Missionen unter Angabe der beruflichen Anforderungen und der Berufsstandards, die von den Vertragspartnern verlangt werden, der geltenden Vorschriften und der rechtlichen Verantwortung und Verpflichtungen, der Überwachungsmechanismen, der Bewertung der Wirksamkeit und der entstehenden Kosten vorlegt;