Deze schorsing, waarin is voorzien in artikel 3, lid 4, van de overeenkomst, maakt aanhouding en overlevering mogelijk voor feiten die geen misdrijf vormen in beide betrokken landen.
Durch diesen Wegfall gemäß Artikel 3 Absatz 4 des Übereinkommens ist eine Festnahme und Übergabe aufgrund von Handlungen möglich, die nicht in beiden betroffenen Ländern eine Straftat darstellen.