1. La taxe spéciale visée à l'article 198, alinéa 1er, 6°, CIR 1992, sur les avoirs en bons de caisse détenus par certains intermédiaires financiers était, conformément à l'article 2015 du Code des taxes assimilées au timbre, payable pour la dernière fois le 30 avril 1993, de sorte que cette disposition est actuellement devenue sans objet.
De in artikel 198, eerste lid, 6°, WIB 1992, vermelde bijzondere taks op kasbons in het bezit van bepaalde financiële tussenpersonen was overeenkomstig artikel 2015 van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen voor het laatst betaalbaar op 30 april 1993, waardoor deze bepaling thans zonder voorwerp is geworden.