1 ter. Les États membres et les pays tiers reconnus selon la procédure prévue à l'article 12, paragraphe 3 rédigent tous les deux ans un rapport sur les activités de contrôle effectuées sur la base du cadre communautaire de référence ou, dans le cas des pays tiers, du système équivalent reconnu.
1 ter. De lidstaten en de derde landen die overeenkomstig de in artikel 12, lid 3 bedoelde procedure erkend zijn, stellen om de twee jaar een verslag op over de controles die op basis van de communautaire regelgeving of, in het geval van derde landen, op basis van een erkende equivalente regeling zijn uitgevoerd.