2° l'article 73, § 1; lorsque la Banque a des raisons de considérer que l'influence exercée par les personnes physiques ou morales détenant, directement ou indirectement, une partici
pation qualifiée au sens de l'article 3, § 1, 3° de la loi bancaire, est de nature à compromettre
la gestion saine et prudente de l'établissement de monnaie électronique, et sans préjudice des autres mesures prévues par la présente loi, la Banque peut suspendre ou révoquer, pour la durée qu'elle détermine l'agrément de la succursale; l'article 87, § 1,
2° et 5°, ...[+++] et § 2 s'applique à ces décisions;
2° artikel 73, § 1; indien de Bank grond heeft om aan te nemen dat de invloed van natuurlijke of rechtspersonen die rechtstreeks of onrechtstreeks een gekwalificeerde deelneming bezitten in de zin van artikel 3, § 1, 3° van de bankwet, een gezond en voorzichtig beleid van de instelling voor elektronisch geld kan belemmeren, kan de Bank, onverminderd de andere bij deze wet bepaalde maatregelen, de vergunning van het bijkantoor schorsen of herroepen voor de termijn die zij bepaalt; artikel 87, § 1, 2° en 5°, en § 2 is van toepassing op deze beslissingen;