« Art. 155. Sans préjudice des compétences du procureur fédéral et du procureur général, l'action publique du chef d'une infraction aux lois et règlements dans l'une des matières qui sont de la compétence des juridictions du travail ou des tribunaux de commerce, ainsi que dans les matières fiscales, est exercée prioritairement devant les tribunaux de police, devant les tribunaux de première instance, et sauf les exceptions prévues par la loi, devant les cours d'appel, par les membres de l'auditorat.
« Art. 155. Zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden van de federale procureur en van de procureur-generaal wordt de strafvordering wegens overtreding van de wetten en de verordeningen over een van de aangelegenheden die behoren tot de bevoegdheid van de arbeidsgerechten of van de rechtbanken van koophandel, alsook over de fiscale aangelegenheden, voor de politierechtbanken en voor de rechtbanken van eerste aanleg en, behoudens de uitzonderingen bepaald door de wet, voor de hoven van beroep, bij voorrang uitgeoefend door de leden van het auditoraat.