4. Peut-on être sûr que tous les élèves dont les parents résident dans la région linguistique néerlandophone se trouvent, en principe, dans l’enseignement néerlandophone et qu’ils ne se trouvent dans l’enseignement francophone que si et seulement si une déclaration du chef de famille approuvée par l’inspection linguistique est disponible ?
4. Kan worden verzekerd dat alle leerlingen wier ouders in het Nederlandse taalgebied woonachtig zijn in principe in het Nederlandstalig onderwijs terechtkomen, en enkel, en alleen in het Franstalig onderwijs terechtkomen indien er een door de taalinspectie goedgekeurde verklaring van het gezinshoofd voorhanden is?