Traduction de «non seulement reposer sur une disposition législative suffisamment précise » (Français → Néerlandais) :

Une ingérence des pouvoirs publics dans l'exercice du droit au respect de la vie privée doit non seulement reposer sur une disposition législative suffisamment précise mais doit également répondre à un besoin social impérieux dans une société démocratique et être proportionnée au but légitime poursuivi.
Een overheidsinmenging in het recht op eerbiediging van het privéleven dient niet alleen te steunen op een voldoende precieze wettelijke bepaling, maar ook te beantwoorden aan een dwingende maatschappelijke behoefte in een democratische samenleving en evenredig te zijn met de daarmee nagestreefde wettige doelstelling.

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Alen, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 19 juin 2013 en cause de l'auditeur du travail, de la SA « Mensura Assurances » et de la SA « Allianz Belgium » (actuellement « Allianz Benelux ») contre K.L. et la SA « Christom », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 26 février 2014, le Tribunal correctionnel de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 81 de la loi du 4 août 1996 relative au bien-être des travailleurs viole-t-il les articles 12, alinéa 2, et 14 de la Constitution, combinés ou non avec l'article 7 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce que cette disposition législative, de par ' l'incrimination en blanc ', délègue au Roi la compétence en matière d'incrimination, sans que celle-ci soit définie de manière suffisamment précise et/ou sans que les éléments essentiels sur lesquels peuvent porter les mesures d'exécution soient déterminés ? ».
Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 19 juni 2013 in zake de arbeidsauditeur, de nv « Mensura Verzekeringen » en de nv « Allianz Belgium » (thans « Allianz Benelux ») tegen K.L. en de nv « Christom », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 februari 2014, heeft de Correctionele Rechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 81 van de Welzijnswet d.d. 4 augustus 1996 de artikelen 12, tweede lid, en 14 van de Grondwet, al dan niet samen gelezen met artikel 7 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens, in de mate dat die wetsbepaling door de blanco-incriminatie bevoegdheid delegeert aan de Koning inzake strafbaarstelling zonder dat deze voldoende nauwkeurig wordt omschreven en/of zonder vaststelling van de essentiële elementen waarop de uitvoeringsmaatregelen betrekking mogen hebben ?

Il découle de ce qui précède que la distinction établie par la loi attaquée entre les deux types de régularisation des revenus fiscalement non prescrits repose sur une notion qui était déjà contenue dans la législation existante, plus précisément dans la loi du 11 janvier 1993 relative à la prévention de l'utilisation du système financier aux fins du blanchiment de capitaux et du financement du terrorisme et qui, eu égard également aux travaux préparatoires mentionnés en B.24.4 et aux indicateurs établis dans l'arrêté royal du 3 juin 2007 précité, est suffisamment précise pour permettre aux personnes qui tendent à régulariser des revenus fiscalement non prescrits de faire le choix adéquat entre les deux types de régularisation prévus dans la loi attaquée.
Uit het voorgaande volgt dat het door de bestreden wet gemaakte onderscheid tussen de twee types van regularisatie voor fiscaal niet verjaarde inkomsten, is gebaseerd op een begrip dat reeds is vervat in bestaande wetgeving, meer bepaald in de wet van 11 januari 1993 « tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme », en dat, mede gelet op de in B.24.4 vermelde parlementaire voorbereiding en op de in het voormelde koninklijk besluit van 3 juni 2007 bepaalde indicatoren, het voormelde onderscheid voldoende nauwkeurig is om personen die fiscaal niet verjaarde inkomsten beogen te regulariseren toe te laten de passende keuze te maken tussen de in de bestreden wet bepaalde types van regularisatie.

Le président français et la chancelière allemande proposaient non seulement que chaque État membre de la zone euro adopte dans sa législation nationale des règles relatives à l'équilibre budgétaire, de préférence au niveau constitutionnel ou équivalent mais aussi qu'une disposition légale précise les exigences minimales attendues de cette règle nationale.
De Franse president en de Duitse kanselier stelden niet alleen voor dat elke lidstaat van de eurozone de regels inzake het begrotingsevenwicht in de nationale wetgeving, en bij voorkeur op het niveau van de grondwet of een overeenkomstig niveau, zouden vastleggen maar ook dat elke lidstaat in een wetsbepaling de aan deze nationale regel verbonden minimumvereisten zou toelichten.

Les dispositions visées au présent paragraphe doivent être en conformité avec la législation communautaire et être suffisamment précises et accessibles pour permettre aux secteurs et entreprises concernés d’identifier et de respecter leurs obligations.
De in dit lid bedoelde regelingen zijn in overeenstemming met de Gemeenschapswetgeving en zijn in toereikende mate nauwkeurig en toegankelijk om de betrokken sectoren en ondernemingen in de gelegenheid te stellen hun verplichtingen in kaart te brengen en daaraan te voldoen.

13. estime que l'absence, dans la directive 2000/78/CE, d'une disposition insistant sur la nécessité de définitions larges du handicap a privé certaines catégories de personnes handicapées de la protection juridique de la directive; invite, de ce fait, la Commission et les États membres à adopter sans délai des définitions suffisamment larges du handicap, propres à faciliter l'harmonisation des législations en matière de lutte contre les discriminations, qui pourraient reposer sur la convention relative aux droits des personnes handicapées;
13. is van mening dat het ontbreken van een bepaling in Richtlijn 2000/78/EG waaruit de noodzaak voor brede definities van handicaps blijkt, sommige categorieën personen met een handicap uitsluit van de juridische bescherming die de richtlijn biedt, verzoekt de Commissie en de lidstaten derhalve om met spoed dergelijke brede definities van handicaps overeen te komen, teneinde de harmonisatie van de antidiscriminatiewetgeving die eventueel gebaseerd kan zijn op het verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, te vergemakkelijken;

Si le champ d'application d'une disposition législative repose sur un critère qui a pour effet qu'une catégorie de citoyens bénéficie de l'avantage contenu dans cette disposition alors qu'une autre catégorie en demeure privée, il ne peut être excipé de la non-applicabilité de la norme au litige pendant devant le juge a quo lorsque c'est précisément cette non-applicabilité à la catégorie concernée qui constitue l'objet de la question sur la compatibilité de la norme avec les articles 10 et 11 de la Constitution.
Indien het toepassingsgebied van een wetsbepaling stoelt op een criterium dat ertoe leidt dat een bepaalde categorie van burgers het in de wetsbepaling vervatte voordeel geniet, terwijl een andere categorie van dat voordeel verstoken blijft, kunnen geen excepties worden afgeleid uit de niet-toepasbaarheid van de norm op het geschil dat hangende is voor de verwijzende rechter wanneer de niet-toepasbaarheid van die norm op de bedoelde categorie juist het voorwerp uitmaakt van de vraag naar de bestaanbaarheid van de norm met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

Selon la Cour AELE, il est inhérent à la nature d'une telle disposition que les individus et les opérateurs économiques, en cas de conflit entre les dispositions résultant de la mise en oeuvre des règles de l'EEE et les dispositions législatives nationales, doivent avoir le droit d'invoquer et de revendiquer au niveau national tous les droits qu'ils pourraient tirer des règles de L'EEE(4), en tant que dispositions faisant partie de l'ordre juridique national ou ayant été intégrées à celui-ci, pour autant qu'elles soient inconditionnelles et suffisamment précises(5).
Volgens het EVA-Hof is het inherent aan de aard van een dergelijke bepaling dat particulieren en ondernemingen bij conflicten tussen de tenuitvoerlegging van EER-regels en nationale wetgevende bepalingen op nationaal niveau aanspraak moeten kunnen maken op rechten uit hoofde van bepalingen van het EER-recht(4), als rechten die deel uitmaken van of die zijn opgenomen in de respectieve nationale rechtsorde, mits zij onvoorwaardelijk en voldoende duidelijk zijn(5).