3. estime que l'entrée en vigueur de la loi sur la commission des droits de l'homme au Zimbabwe constitue une mesure gouvernementale encourageante pour l'amélioration de la situation des droits de l'homme dans ce pays et un pas en avant dans le cadre de la feuille de route adoptée en faveur d'élections pacifiques et crédibles;
3. beschouwt de inwerkingtreding van de wet over de mensenrechtencommissie in Zimbabwe als een aanmoedigende eerste stap van de regering met het oog op de verbetering van de mensenrechtensituatie in dat land en als een stap in de goede richting in het kader van het overeengekomen stappenplan voor vreedzame en geloofwaardige verkiezingen;