Art. 95. Lorsque la Banque constate qu'une entité assujettie visée à l'article 5, § 1, 6°, d), ou 7°, e), commet en Belgique une infraction grave aux dispositions du livre II de la présente loi, des arrêtés
et règlements pris pour son exécution, des mesures d'exécution de la Directive 2015/849, du Règlement européen relatif aux transferts de fonds ou des devoirs de vigilance prévus p
ar les dispositions contraignantes relatives aux embargos financiers, les mesures visées à l'article 94, 3°, in
cluent le pouvoir d' ...[+++]interdire à l'entité assujettie de fournir en Belgique des services par l'intermédiaire d'un ou plusieurs agents ou distributeurs en Belgique que la Banque désigne.Art. 95. Wanneer de Bank vaststelt dat een onderworpen entiteit bedoeld in artikel 5, § 1, 6°, d), of 7°, e), in België een ernstige inbreuk begaat op de bepalingen van boek II van deze wet, van de besluiten en reglementen genomen ter uitvoering ervan, van de uitvoeringsmaatregelen van Richtlijn 2015/849, van de Europese verordening betreffende geldovermakingen en van de waakzaamheidsplichten bedoeld in de bindende bepalingen betreffende financiële embargo's, omvatten de maatregelen bedoeld in artikel 94, 3°, de bevoegdheid om de onderworpen entiteit te verbieden om in België diensten te ver
strekken via één of meerdere agenten of distribu ...[+++]teurs in België die de Bank bepaalt.