3° a constaté, en se fondant notamment sur les rapports prévus aux 1° et 2°, et en tenant compte des conditions d'éducation de l'enfant, de son origine ethnique, religieuse, philosophique et culturelle, que la décision de confier l'enfant à l'adoptant ou aux adoptants répond à son intérêt supérieur et au respect des droits fondamentaux qui lui sont reconnus en vertu du droit international;
3° op grond van inzonderheid de verslagen bedoeld in 1° en 2°, en rekening houdend met de omstandigheden van de opvoeding van het kind en met zijn etnische, godsdienstige, levensbeschouwelijke en culturele achtergrond, heeft vastgesteld dat de beslissing om het kind toe te vertrouwen aan de adoptant of de adoptanten aan het hoger belang van het kind en aan de eerbied voor de fundamentele rechten die het op grond van het internationaal recht toekomen, beantwoordt;