Vertaling van "non une pathologie " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

pathologie de la jonction neuromusculaire d'origine toxique
toxische aandoening van neuromusculaire overgang

pathologie dentaire
tandaandoening

service de pathologie chimique
afdeling chemische pathologie

cordage tendineux de la valve auriculoventriculaire commune (non-mitrale, non-tricuspide)
chordae tendineae van gemeenschappelijke atrioventriculaire klep (niet mitralis en niet tricuspidalis)

cuspide de la valve auriculoventriculaire commune (non-mitrale, non-tricuspide)
klepblad van gemeenschappelijke atrioventriculaire klep (niet mitralis en niet tricuspidalis)

valve auriculoventriculaire commune (non-mitrale, non-tricuspide)
gemeenschappelijke atrioventriculaire klep (niet mitralis en niet tricuspidalis)

Définition: Trouble caractérisé par une émission fécale répétée, involontaire ou volontaire, habituellement de consistance normale ou quasi-normale, dans des lieux non appropriés à cet usage, compte-tenu du contexte socio-culturel du sujet. Il peut s'agir de la persistance anormale de l'incontinence infantile physiologique, ou de la perte du contrôle sphinctérien survenant après une période de continence fécale, ou encore d'une émission fécale délibérée dans des lieux non appropriés en dépit d'un contrôle sphinctérien normal. L'encoprésie peut constituer un trouble isolé, mono-symptomatique, ou faire partie d'un autre trouble, en particulier un trouble émotionnel (F93.-) ou un trouble des conduites (F91.-). | Encoprésie:fonctionnelle | psychogène | Incontinence fécale d'origine non organique
Omschrijving: Herhaaldelijke, willekeurige of onwillekeurige productie van feces, doorgaans van normale of vrijwel normale consistentie, op daartoe in de eigen socio-culturele omgeving niet bestemde plaatsen. De toestand kan een abnormale voortzetting betekenen van normale kinderlijke incontinentie of een verlies van continentie na reeds verworven sfincterbeheersing of de opzettelijke productie van feces op ongeschikte plaatsen ondanks normale fysiologische sfincterbeheersing. De toestand kan voorkomen als een monosymptomatische stoornis of kan deel uitmaken van een uitgebreidere stoornis, met name van een emotionele stoornis (F93.-) of een gedragsstoornis (F91.-). | Neventerm: | functionele encopresis | incontinentie voor feces van niet-organische oorsprong | psychogene encopresis

asthme non-allergique non compliqué
ongecompliceerd niet-allergisch astma

épiglottite aigüe non-streptococcique
acute epiglottitis niet veroorzaakt door streptokokken

vis à os craniofacial non stérile et non résorbable
niet-steriele niet-resorbeerbare craniofaciale botschroef

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

- Non-reconnaissance par l'INAMI d'être une pathologie lourde (liste par pathologie et non par handicap)~ pour les soins de santé administratifs d'être une maladie grave et de longue durée~ de pouvoir bénéficier d'un programme de rééducation K30, K60 car affection chronique et non aiguë dans les centres de rééducation.
- Het RIZIV erkent niet dat het een zware pathologie is (lijst per pathologie en niet per handicap); voor de administratieve gezondheidszorg is het geen ernstige en langdurige ziekte is; om van een revalidatieprogramma K30, K60 te mogen genieten, want de revalidatiecentra beschouwen het als een chronische en geen acute aandoening.

Médecins 7. 352 33.447 40.799 31.815 4.130 13% 29,1 41.266 1% Médecins généralistes 2.360 12.187 14.547 12.228 622 5% 11,2 14.660 1% Pédiatres 402 1.299 1.701 1.332 312 23% 1,2 1.740 2% Pédiatres 397 1.246 1.643 1.282 312 24% 1,2 1.679 2% Neuropédiatres 5 53 58 50 - 0% 0,0 61 5% Gynécologues 344 1.196 1.540 1.346 230 17% 1,2 1.553 1% Psychiatres 514 1.735 2.249 1.932 297 15% 1,8 2.180 -3% Psychiatres 308 1.511 1.819 1.656 297 18% 1,5 1.855 2% Neuropsychiatres 206 224 430 276 - 0% 0,3 325 -24% Groupe médical 1.986 8.377 10.363 8.627 1.459 17% 7,9 10.664 3% Médecine interne générale 371 951 1.322 959 514 54% 0,9 1.314 -1% Médecine interne et nucléariste 39 31 70 52 - 0% 0,0 70 0% Gériatre 68 240 308 262 37 14% 0,2 327 6% Gériatre endocrinologue 1 15 16 16 - 0% 0,0 16 0% Endocrinologue 33 196 229 219 - 0% 0,2 245 7% Oncologue médical 9 186 195 193 26 13% 0,2 202 4% Hématologue 9 108 117 112 - 0% 0,1 121 3% Rhumatologue 55 190 245 205 12 6% 0,2 247 1% Rhumatologie et médecine physique 23 - 23 10 - 0% 0,0 23 0% Pneumologue 53 427 480 431 42 10% 0,4 505 5% Gastroentérologue 85 582 667 605 54 9% 0,6 679 2% Cardiologue 188 922 1.110 959 99 10% 0,9 1.136 2% Neurologue 6 347 353 330 100 30% 0,3 475 35% Médecine physique 85 434 519 443 61 14% 0,4 520 0% Dermatologue 157 605 762 682 69 10% 0,6 773 1% Oto-rhino-laryngologie 145 545 690 602 78 13% 0,5 708 3% Radiothérapeute 12 202 214 166 41 25% 0,2 220 3% Radiothérapeute nucléariste 45 35 80 54 - 0% 0,0 78 -3% Médecine nucléaire 11 184 195 169 29 17% 0,2 197 1% Biologie 159 298 457 268 53 20% 0,2 470 3% Biologie et médecine nucléaire 49 193 242 188 - 0% 0,2 242 0% Biologie et anatomo-pathologie 32 12 44 22 - 0% 0,0 43 -2% Anatomo-pathologie 54 288 342 276 42 15% 0,3 346 1% Radiologie 297 1.386 1.683 1.404 202 14% 1,3 1.707 1% Groupe chirurgical 1.288 5.929 7.217 5.916 1.210 20% 5,4 7.392 2% Anesthésiologie 265 1.914 2.179 1.710 405 24% 1,6 2.249 3% Médecine aiguë et médecine d'urgence 4 320 324 306 131 43% 0,3 337 4% Chirurgie g ...
Geneesheren 7. 352 33.447 40.799 31.815 4.130 13% 29,1 41.266 1% Huisartsen 2.360 12.187 14.547 12.228 622 5% 11,2 14.660 1% Kinderartsen 402 1.299 1.701 1.332 312 23% 1,2 1.740 2% Kinderartsen 397 1.246 1.643 1.282 312 24% 1,2 1.679 2% Neuropediaters 5 53 58 50 - 0% 0,0 61 5% Gynaecologen 344 1.196 1.540 1.346 230 17% 1,2 1.553 1% Psychiaters 514 1.735 2.249 1.932 297 15% 1,8 2.180 -3% Psychiaters 308 1.511 1.819 1.656 297 18% 1,5 1.855 2% Neuropsychiaters 206 224 430 276 - 0% 0,3 325 -24% Medische specialismen 1.986 8.377 10.363 8.627 1.459 17% 7,9 10.664 3% Algemeen inwendige geneeskunde 371 951 1.322 959 514 54% 0,9 1.314 -1% Inwendige en nucleaire geneeskunde 39 31 70 52 - 0% 0,0 70 0% Geriaters 68 240 308 262 37 14% 0,2 327 6% Geriaters-Endocrinologen 1 15 16 16 - 0% 0,0 16 0% Endocrinologen 33 196 229 219 - 0% 0,2 245 7% Medisch oncologen 9 186 195 193 26 13% 0,2 202 4% Hematologen 9 108 117 112 - 0% 0,1 121 3% Reumatologen 55 190 245 205 12 6% 0,2 247 1% Reumatologie en fysische geneeskunde 23 - 23 10 - 0% 0,0 23 0% Pneumologen 53 427 480 431 42 10% 0,4 505 5% Gastro-enterologen 85 582 667 605 54 9% 0,6 679 2% Cardiologen 188 922 1.110 959 99 10% 0,9 1.136 2% Neurologen 6 347 353 330 100 30% 0,3 475 35% Fysische geneeskunde 85 434 519 443 61 14% 0,4 520 0% Dermatologen 157 605 762 682 69 10% 0,6 773 1% Neus-keel-oorartsen 145 545 690 602 78 13% 0,5 708 3% Radiotherapeuten 12 202 214 166 41 25% 0,2 220 3% Radiotherapeuten-nuclearisten 45 35 80 54 - 0% 0,0 78 -3% Nucleaire geneeskunde 11 184 195 169 29 17% 0,2 197 1% Biologen 159 298 457 268 53 20% 0,2 470 3% Biologie en nucleaire geneeskunde 49 193 242 188 - 0% 0,2 242 0% Biologie en pathana 32 12 44 22 - 0% 0,0 43 -2% Pathologische anatomie 54 288 342 276 42 15% 0,3 346 1% Radiologen 297 1.386 1.683 1.404 202 14% 1,3 1.707 1% Heelkundige specialismen 1.288 5.929 7.217 5.916 1.210 20% 5,4 7.392 2% Anesthesiologen 265 1.914 2.179 1.710 405 24% 1,6 2.249 3% Acute geneeskunde en urgentie- 4 320 324 306 131 43% 0 ...

pathologie respiratoire non tumorale pathologie cardiovasculaire non préopératoire comme examen préopératoire réanimation et soins continus urgences.
niet-tumorale respiratoire pathologie niet-preoperatieve cardiovasculaire pathologie als preoperatief onderzoek reanimatie en continue zorg urgenties.

Endocrinologue - - - - - 187 195 201 219 Oncologue médical - - - - - - - 3 193 Hématologue - - - - - - - - 112 Rhumatologue 204 206 206 209 208 208 203 204 205 0,06% Rhumatologie et médecine physique 21 16 13 11 12 10 10 10 10 -8,86% Pneumologue 282 299 322 348 370 381 395 411 431 5,45% Gastroentérologue 377 386 407 443 461 488 523 588 605 6,09% Cardiologue 757 761 779 802 826 898 922 942 959 3,00% Neurologue 167 184 203 231 253 276 297 314 330 8,89% Médecine physique 388 397 407 409 418 421 432 439 443 1,67% Dermatologue 591 605 615 632 641 652 670 675 682 1,81% Oto-rhino-laryngologie 530 544 546 550 561 576 590 604 602 1,60% Radiothérapeute 128 130 136 138 144 149 152 158 166 3,30% Radiothérapeute nucléariste 71 69 67 65 64 59 60 56 54 -3,36% Médecine nucléaire 134 143 144 147 147 157 160 166 169 2,94% Biologie 272 271 272 270 275 264 265 265 268 -0,19% Biologie et médecine nucléaire 204 207 203 201 199 198 194 195 188 -1,02% Biologie et anatomo pathologie 38 37 32 31 28 26 26 21 22 -6,60% Anatomo-pathologie 230 237 245 251 259 262 264 266 276 2,31% Radiologie 1.277 1.279 1.293 1.311 1.344 1.369 1.389 1.396 1.404 1,19% Groupe chirurgical 4.894 4.907 5.012 5.155 5.231 5.510 5.717 5.806 5.916 2,40% Anesthésiologie 1.376 1.393 1.435 1.505 1.537 1.586 1.633 1.678 1.710 2,75% Médecine aiguë et médecine d'urgence - - - - - 150 244 257 306 Chirurgie générale 1.174 1.163 1.195 1.209 1.221 1.232 1.261 1.261 1.261 0,90% Orthopédie 831 823 828 857 869 893 902 917 930 1,42% Urologie 308 311 315 322 328 339 342 352 355 1,79% Neurochirurgie 123 129 138 141 149 155 161 163 169 4,05% Chirurgie plastique 169 177 180 191 193 201 209 211 213 2,93% Chirurgie ophtalmologique 913 911 921 930 934 954 965 967 972 0,79% Médecins non spécialisés 785 684 626 504 497 473 442 437 425 -7,38% Autres méd. généralistes non spécialisés 785 684 626 356 346 316 292 282 268 -12,57%
Endocrinologen - - - - - 187 195 201 219 Medisch oncologen - - - - - - - 3 193 Hematologen - - - - - - - - 112 Reumatologen 204 206 206 209 208 208 203 204 205 0,06% Reumatologie en fysische geneeskunde 21 16 13 11 12 10 10 10 10 -8,86% Pneumologen 282 299 322 348 370 381 395 411 431 5,45% Gastro-enterologen 377 386 407 443 461 488 523 588 605 6,09% Cardiologen 757 761 779 802 826 898 922 942 959 3,00% Neurologen 167 184 203 231 253 276 297 314 330 8,89% Fysische geneeskunde 388 397 407 409 418 421 432 439 443 1,67% Dermatologen 591 605 615 632 641 652 670 675 682 1,81% Neus-keel-oorartsen 530 544 546 550 561 576 590 604 602 1,60% Radiotherapeuten 128 130 136 138 144 149 152 158 166 3,30% Radiotherapeuten-nuclearisten 71 69 67 65 64 59 60 56 54 -3,36% Nucleaire geneeskunde 134 143 144 147 147 157 160 166 169 2,94% Biologen 272 271 272 270 275 264 265 265 268 -0,19% Biologie en nucleaire geneeskunde 204 207 203 201 199 198 194 195 188 -1,02% Biologie en pathana 38 37 32 31 28 26 26 21 22 -6,60% Pathologische anatomie 230 237 245 251 259 262 264 266 276 2,31% Radiologen 1.277 1.279 1.293 1.311 1.344 1.369 1.389 1.396 1.404 1,19% Heelkundige specialismen 4.894 4.907 5.012 5.155 5.231 5.510 5.717 5.806 5.916 2,40% Anesthesiologen 1.376 1.393 1.435 1.505 1.537 1.586 1.633 1.678 1.710 2,75% Acute geneeskunde - - - - - 150 244 257 306 Algemene heelkunde 1.174 1.163 1.195 1.209 1.221 1.232 1.261 1.261 1.261 0,90% Orthopedisten 831 823 828 857 869 893 902 917 930 1,42% Urologen 308 311 315 322 328 339 342 352 355 1,79% Neurochirurgen 123 129 138 141 149 155 161 163 169 4,05% Plastische chirurgen 169 177 180 191 193 201 209 211 213 2,93% Oftalmologische heelkunde 913 911 921 930 934 954 965 967 972 0,79% Niet-gespecialiseerde artsen 785 684 626 504 497 473 442 437 425 -7,38% Andere niet-gespecialiseerde huisartsen 785 684 626 356 346 316 292 282 268 -12,57%

En effet, les co-morbidités fréquemment associées à la pathologie somatique (anxiété, état dépressif, début d’involution psychique, etc.), non diagnostiquées et non traitées, compliquent le traitement général du patient.
De met een somathische pathologie vaak geassocieerde vormen van comorbiditeit (angst, depressie, beginnende psychische aftakeling enz.), die niet gediagnosticeerd en dus niet behandeld worden, compliceren de algemene behandeling van de patiënt.

Les benzodiazépines sont un aspect particulier d’une problématique plus générale et qui concerne l’état de bien-être (lié ou non à une pathologie médicale) et pour lequel les médecins sont fortement sollicités par la population en ce qui concerne la prescription de médicament pouvant améliorer leur perception du bien-être.
Benzodiazepines vormen een bijzonder aspect van een meer algemene problematiek die betrekking heeft tot het welzijn (al dan niet gebonden aan een medische pathologie) en waarvoor de bevolking frequent een beroep doet op de artsen om voorschriften te verkrijgen die het welzijn horen te verbeteren.

Il est donc apparu opportun d’insister via ce rapport sur l’importance des troubles psychosociaux associés à la pathologie somatique des patients en traitement à l’hôpital général et leur impact sur le traitement: accroissement ou non de la durée du séjour, efficacité du traitement médical…
Het bleek dus nuttig om via dit rapport de nadruk te leggen op het belang van psychosociale stoornissen die samen voorkomen met de in een algemeen ziekenhuis behandelde somatische pathologieën, en op de impact die ze kunnen hebben op de behandeling: al dan niet langer verblijf in het ziekenhuis, doeltreffendheid van de medische behandeling…

Le traitement ne peut être effectué que par un médecin chez les patients présentant une pathologie sous-jacente ainsi que lors de l’utilisation d’appareils ou l’application de traitements dont la fiche technique, validée par la commission d’évaluation, indique qu’il n’est pas justifié de réaliser le traitement dans un contexte non médical Le traitement peut également être effectué par un paramédical qualifié ou par une esthéticienne diplômée qui a suivi une formation de
Bij patiënten met onderliggende pathologie en bij toepassing van toestellen/behandelingen waarvan de technische fiche, gevalideerd door de evaluatiecommissie, aangeeft dat het niet verantwoord is dat de behandeling in een niet-medische context gebeurt, mag de behandeling enkel uitgevoerd worden door een arts.

a. dans le domaine de la prophylaxie et de la pathologie, pour effectuer un diagnostic et apprécier les aspects morphologiques et fonctionnels d’organes ou de systèmes à l’aide de sources scellées ou non scellés;
a) op het gebied van de profylaxis en van de pathologie, om een diagnose te stellen en om de morfologische en functionele aspecten van organen en systemen te kennen evalueren door middel van ingekapselde of niet ingekapselde bronnen;

Tout le monde ne considère pas le SFC comme une pathologie distincte (à cause du caractère non objectivable et aspécifique des symptômes) réclamant une approche spécifique.
Niet iedereen beschouwt CVS als een apart ziektebeeld (omwille van het niet-objectiveerbare en aspecifieke karakter van de CVS-symptomen) dat een specifieke aanpak vraagt.