Dans les groupes de traitement AT et FAC, respectivement 44% et 48% des patientes ont reçu une chimiothérapie complémentaire comprenant respectivement 7% et 50% de taxanes.
44% van de patiënten van de AT-groep en 48% van de patiënten van de FAC-groep kregen een follow-upchemotherapie, die in respectievelijk 7% en 50% van de gevallen bestond in taxanen.