Staff should be trained in the management, husbandry and training of animals under their care. For animal carers and scientists working with non-human primates, training should include species-specific information. This should include the biological and behavioural characteristics and requirements of the species, environmental enrichment, methods used for the introduction and removal of animals and social dynamics. Training should also include information on the health and safety of staff working with non-human primates including zoonotic disease risk, and management.
Het personeel dient te worden opgeleid in het beheer, de houderij en de africhting van de aan hun zorgen toevertrouwde dieren. In het geval van dierenverzorgers en wetenschappers die werken met niet-menselijke primaten dient de opleiding ook soortspecifieke informatie te omvatten. Het betreft met name informatie over de biologische en gedragskenmerken en de behoeften van de soort(en), milieuverrijking, methoden voor het introduceren en weghalen van dieren en de dynamiek van de sociale interacties. De opleiding dient ook informatie te omvatten over de gezondheid en de veiligheid van het met deze primaten werkende personeel, met inbegrip van het risico van zoönoses alsook beheersaspecten.