13. Calls for closer coordination between the Presidency, the Commission and the High Representative so that they may speak and act jointly with one voice on issues concerning a common foreign policy on energy; considers it necessary to strengthen the role of the Commission and the Eur
opean Parliament in defining the common foreign policy on energy in the forthcoming revision of the Treaties; proposes, after the new Reform Treaty enters into force, to appoint, with the approval of the Council and the Commission, a High Official for Foreign Energy Policy, who, wearing a “double hat”, would act under the authority of the newly created st
...[+++]rengthened High Representative of the Union for Foreign Affairs and Security Policy, a Vice-President of the Commission, thus being anchored both in the Council and in the Commission, and who should be responsible for coordinating all policies under the scope of the common European foreign policy on energy, thereby contributing to the EU's ability to protect its energy security interests in negotiating with the EU's external partners; 13. dringt aan op een nauwere coördinatie tussen het voorzitterschap, de Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger, zodat zij met één stem kunnen spreken en samen optreden in kwesties op het vlak van een gemeenschappelijk extern energiebeleid; acht het noodzakelijk de rol van de Commissie en het Europees Parlement te vergroten in de vaststelling van het gemeenschappelijk extern energiebeleid bij de aanstaande herziening van de verdragen; stelt voor om na de inwerkingtreding van het nieuwe Hervormingsverdrag, met instemming van de Raad en de Commissie een hoge functionaris voor extern energiebeleid te benoemen, die"twee petten" draagt en opereert onder het gezag van de nieuw gecreëerde versterkte Hoge Vertegenwoordiger van de Unie voor het Ge
...[+++]meenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid, een ondervoorzitter van de Commissie, waardoor deze functie zowel in de Raad als de Commissie verankerd is, en die verantwoordelijk is voor de coördinatie van alle beleidsvormen in het kader van het gemeenschappelijk extern energiebeleid, hetgeen het vermogen van de EU zou verbeteren om haar belangen op het gebied van energievoorzieningszekerheid te beschermen bij onderhandelingen met de externe partners van de EU;